Actuariële berekeningen tijdens een strafprocedure door drs. Karen Zabel op letselschade.com; augustus 2016
- Meer over dit onderwerp:
Actuariële berekeningen tijdens een strafprocedure door drs. Karen Zabel op letselschade.com; augustus 2016
Met ingang van dit jaar is de voorschotregeling in de strafrechtprocedure uitgebreid en kunnen alle slachtoffers die door de rechter een schadevergoeding toegewezen hebben gekregen, een voorschot van de overheid krijgen. Slachtoffers zijn voor de uitbetaling dan niet meer afhankelijk van de dader. Deze regeling gold vanaf 2011 alleen voor slachtoffers en nabestaanden van een gewelds- of zedenmisdrijf.
Hoe gaat het in zijn werk?
De rechter kan tijdens een strafproces de dader verplichten een schadevergoeding te betalen. Als de rechter een schadevergoedingsmaatregel oplegt, int het CJIB het bedrag bij de dader. Heeft het slachtoffer na acht maanden nog niets ontvangen, dan is er een mogelijkheid tot een voorschot op de schadevergoeding door de staat. Aan de voorschotten voor slachtoffers van gewelds- en zedenmisdrijven is geen maximum verbonden. Met ingang van 2016 geldt dit ook voor slachtoffers van andere misdrijven. Hierbij geldt wel een maximaal voorschot van € 5.000,--.1
Normaal gesproken worden schadeberekeningen aangaande verlies van arbeidsvermogen, verlies van levensonderhoud en overige materiële schade opgesteld voor een civiele procedure. Echter in sommige zaken waar er sprake is van strafbare feiten, kan het ook in het belang van het slachtoffer of de nabestaanden zijn om al tijdens het strafproces de immateriële en materiële schade op te voeren als schadeclaim. De belangrijkste beweegredenen om al tijdens de strafprocedure de schade te verhalen zijn:
- De dader heeft geen middelen en/of verzekering om de schade te vergoeden. Het kan dan lang duren voor het slachtoffer zijn schadevergoeding tegemoet kan zien, en in sommige gevallen zou het slachtoffer nooit iets ontvangen. In deze gevallen zal de staat een voorschot uitkeren, en zal hij dit verhalen op de dader.
- Het kan in een civiele procedure vaak nog maanden (jaren) duren voor een slachtoffer de daadwerkelijke schade vergoed krijgt. Indien de schade wordt meegenomen in de strafprocedure kan het slachtoffer wellicht eerder een schadevergoeding ontvangen. Het slachtoffer hoeft dan niet eindeloos te wachten of in onzekerheid te zitten.
Een voorbeeld uit de praktijk
Enige tijd geleden heeft ons kantoor in opdracht van een advocaat een rapportage opgesteld betreffende de schade die een slachtoffer heeft geleden en zal lijden na een geweldsmisdrijf. Betrokkene liep ernstig letsel op, en haar partner is bij het misdrijf om het leven gekomen. Onze rapportage is meegenomen in de strafrechtprocedure en bestond onder andere uit een berekening van het verlies van arbeidsvermogen, verlies van levensonderhoud en de overige materiële schade. De rechtbank is uitvoerig op deze vordering ingegaan en heeft een aantal schadeposten toegewezen:
- De reeds geleden schade inzake het verlies van arbeidsvermogen, loonderving, is volledig toegewezen. De toekomstige schade inzake het verlies van arbeidsvermogen van het slachtoffer kon nog niet toegewezen worden. De rechtbank achtte het zeer aannemelijk dat er sprake is van verminderde verdiencapaciteit, echter een verzekeringsgeneeskundig en arbeidsdeskundig onderzoek was nog niet beschikbaar en daardoor kon de rechtbank niet aansluiten bij een van de berekende scenario’s.
- De materiële schade aan de woning, medische kosten, kosten van lijkbezorging en reis- en begeleidingskosten werden conform de vordering volledig toegewezen.
- De kosten voor huishoudelijke hulp en het verlies van zelfwerkzaamheid zijn gedeeltelijk toegewezen. De rechtbank achtte ook hier nader arbeidsdeskundig onderzoek noodzakelijk om de toekomstige schade te kunnen vaststellen.
- De toegewezen immateriële schade werd, ondanks dat er geen sprake was van een medische eindsituatie, begroot op een substantieel bedrag. De rechter heeft daarbij wel uitdrukkelijk gewezen op het feit dat dit een minimale toekenning is.
- De berekening van het verlies van levensonderhoud kon nog onvoldoende onderbouwd worden, en werd om die reden in deze fase nog niet erkend.
Al met al werd een aanzienlijk bedrag aan materiële en immateriële schade toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente. Deze schadevergoedingsmaatregel heeft ertoe geleid dat het slachtoffer relatief kort na het misdrijf duidelijkheid kreeg over een aanzienlijk deel van haar schade. Naast financiële compensatie kan dit ook ervaren worden als erkenning van het leed dat haar is aangedaan.
Vermeldenswaardig is ook dat de buitengerechtelijke kosten in verband met het opstellen van de schaderapportage integraal door de rechter werden toegewezen.
Als gevolg van tijdsdruk was het in deze zaak niet mogelijk om tijdig een arbeidsdeskundig en verzekeringsgeneeskundig onderzoek op te starten. Het is aan te raden om, wanneer het tijdsbestek het toelaat, dit traject in een zo vroeg mogelijk stadium op te starten. Dan had de rechtbank wellicht wel ook (een deel van) de toekomstige schade inzake het verlies van arbeidsvermogen en overige schadeposten (huishoudelijke hulp, zelfwerkzaamheid, etc.) kunnen toewijzen. Karen Zabel is rekenkundig expert bij Letselschade.com;
Voor de uitspraak zie ECLI:NL:RBNHO:2016:2807 (NB; tegen de uitspraak is hoger beroep ingesteld)