Rb Breda 160211 bij 6:171 is van belang of een eenheid in het algemeen te onderkennen valt
- Meer over dit onderwerp:
Rb Breda 160211 bij 6:171 is van belang of een eenheid in het algemeen te onderkennen valt
3.16.Aansprakelijkheid voor onrechtmatig handelen van een niet ondergeschikte opdrachtnemer bestaat alleen indien het gaat om werkzaamheden die een opdrachtgever ter uitoefening van zijn bedrijf door die opdrachtnemer doet verrichten. De door de niet-ondergeschikte verrichte werkzaamheden moeten binnen het bedrijfsmatig kader van de opdrachtgever vallen. Aansprakelijkheid kan niet worden aangenomen als de dader en het bedrijf van de opdrachtgever niet als een zekere eenheid beschouwd kunnen worden. In die zin dient artikel 6:171 BW restrictief te worden opgevat. Zie HR 21 december 2001, NJ 2002,75 en HR 18 juni 2010, NJ 2010, 389.
3.17. Dat Advemo, zoals Keller heeft gesteld, niet bij de verbouwing aanwezig is geweest en dus niet heeft kunnen constateren dat sprake is van een zekere eenheid van onderneming, doet er niet toe. Evenmin is van doorslaggevend belang dat [Q] geen bedrijfskleding van Keller heeft gedragen of dat hij geen gebruik heeft gemaakt van een bedrijfsauto van Keller. Voor de vraag of sprake is van een zekere eenheid van onderneming, gaat het er niet om of Advemo feitelijk in de veronderstelling heeft verkeerd dat [Q] binnen het kader van de bedrijfsvoering van Keller activiteiten verrichtte, zoals Keller lijkt te betogen, maar veeleer om de vraag wat in het algemeen in een dergelijke situatie te onderkennen valt. Zie het laatstgenoemde arrest van de Hoge Raad en de A-G Spier in zijn conclusie voor dit arrest.
3.18. Hiervoor heeft de rechtbank al overwogen dat Keller zich volgens het handelsregister niet slechts bezighoudt met de fabricage van keukens, maar tevens met het aanbrengen van keukens, keukeninrichtingen, kasten en aanverwante artikelen. Op de website van ‘Keller keukens’, waarnaar Advemo verwezen heeft, is onder het kopje ‘montage’ vermeld dat Keller over een zeer ervaren montageteam beschikt dat complete showrooms bouwt, maar ook bij consumenten de keuken monteert en gebruiksklaar oplevert. Keller heeft weliswaar aangevoerd dat deze website pas begin 2007 ‘on line’ is gegaan, maar dat daarvoor sprake is geweest van een wezenlijk andere bedrijfsvoering dan op de website is aangegeven is niet gesteld. Als onweersproken staat verder vast dat Keller Ubbens niet alleen voor de levering maar ook voor de montage gefactureerd heeft. Naar buiten toe presenteert Keller zich mitsdien als een bedrijf dat niet slechts keukens levert, maar deze ook monteert en gebruiksklaar oplevert. Naar ervaringsfeit is een dergelijke gecombineerde bedrijfsvoering ook niet ongebruikelijk.
3.19. Artikel 6:171 BW berust op de gedachte dat de eenheid die een onderneming naar buiten vormt, behoort mee te brengen dat een buitenstaander die schade lijdt en voor wie niet is te onderkennen of deze schade is te wijten aan een fout van een ondergeschikte of van een ander die ter uitoefening van het desbetreffende bedrijf werkzaamheden verricht, zich aan deze onderneming kan houden. Zoals hiervoor is overwogen, vormt Keller naar buiten toe een onderneming die zich tevens bezighoudt met de montage van keukens. Dit betekent dat Advemo zich daaraan kan houden. Dat Keller zich feitelijk alleen bezighoudt met fabricage van keukens en dat een zustermaatschappij van een bestuurder van Keller (TGK) zich feitelijk bezighoudt met de montage daarvan en daartoe opdracht heeft gegeven, is voor derden niet kenbaar en kan Keller Advemo in dit verband niet tegenwerpen.
3.20. Uit het rapport van Gorissen en Van der Zande en uit de verklaring van Ubbens (die blijkt uit het rapport van Gorissen en Van der Zande en uit de als productie 8 overgelegde productie) blijkt dat zowel de deskundige als Ubbens ervan uitgegaan zijn dat Keller de montage heeft laten verrichten door eigen personeel. Gelet op de inhoud van de dagvaarding (waarin de aansprakelijkheid mede gebaseerd is op ondergeschiktheid van [Q]) moet worden aangenomen dat het ook voor Advemo ten tijde van het uitbrengen daarvan (nog) niet duidelijk was of [Q] al dan niet als ondergeschikte werkzaamheden voor Keller heeft verricht. Juist voor een dergelijke situatie is artikel 6:171 BW bedoeld. Indien derhalve vast komt te staan dat [Q] de steker van de Miele koffieautomaat niet volledig in de wandcontactdoos heeft gestoken, dan heeft hij dit binnen het bedrijfsmatig kader van Keller gedaan en is Keller gelet op hetgeen hiervoor overigens is overwogen, op grond van artikel 6:171 BW aansprakelijk voor de gevolgen daarvan. LJN BP5717