In de Eerste Kamer zijn vragen gesteld over het Wetsvoorstel Affectieschade - door Sanne Rutten op 260717 op dirkzwagerasv.nl
- Meer over dit onderwerp:
In de Eerste Kamer zijn vragen gesteld over het Wetsvoorstel Affectieschade - door Sanne Rutten op 260717 op dirkzwagerasv.nl
Op 11 juli 2017 is in de Eerste Kamer het Wetsvoorstel affectieschade behandeld. Diverse aspecten zijn aan bod gekomen en er zijn verschillende vragen gesteld. Deze vragen zijn te lezen in het Voorlopig verslag van de Commissie voor Veiligheid en Justitie. In dit artikel zal een aantal aspecten worden besproken.
Aan de orde wordt gesteld dat niet helemaal duidelijk is waaruit dan moet blijken dat een meerderheid van naasten en nabestaanden een duidelijke behoefte heeft aan een vergoeding van affectieschade. Zijn er bijvoorbeeld recentere onderzoeksgegevens dan die van het onderzoek van de Vrije Universiteit[1] beschikbaar? Met name is men benieuwd naar gegevens waaruit dan objectief zou moeten blijken dat een meerderheid van de burgers voorstander zou zijn van affectieschade.
Het begrip ‘ernstig en blijvend letsel’ leidt ook tot vragen. In het huidige wetsvoorstel is bepaald dat bij een blijvende functiestoornis van 70 % of meer in de praktijk sprake zal zijn van ‘ernstig en blijvend letsel’. Men vraagt zich af of dit juist niet tot onsmakelijke procedures gaat leiden. Waarom heeft men in het wetsvoorstel bij het begrip ‘ernstig en blijvend letsel’ niet overwogen aansluiting te zoeken bij criteria die gelden voor verpleging, zorg of ondersteuning op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) en de Algemene wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Ook wordt gevraagd het begrip ‘naaste’ nader te definiëren.
Het wetsvoorstel maakt het ook mogelijk dat een benadeelde zich in het strafproces kan voegen om zo een vordering tot vergoeding van affectieschade in te dienen. Men is bang dat het begrip ‘ernstig en blijvend letsel’ ook bij deze procedure voor complicaties kan gaan zorgen.
Aardig is dat ook aan de orde gesteld wordt de situatie dat een geweldsmisdrijf is gepleegd door een dader die de leeftijd van 12 jaar nog niet heeft bereikt. Kan de affectieschade dan verhaald worden op de wettelijke vertegenwoordigers?
Kortom, nog tal van vragen die beantwoord moeten worden voordat duidelijk wordt of het wetsvoorstel aangenomen gaat worden. Op deze kennispagina zijn al meerdere artikelen geschreven over dit onderwerp. Onlangs heeft mijn collega Jaike Silvius een artikel geplaatst. Wij houden u van de verdere ontwikkelingen op de hoogte.
[1] A.J. Akkermans e.a., Slachtoffers en aansprakelijkheid. Een onderzoek naar behoeften, verwachtingen en ervaringen van slachtoffers en hun naasten met betrekking tot het civiele aansprakelijkheidsrecht. Deel II Affectieschade, 2008. dirkzwagerasv.nl