Overslaan en naar de inhoud gaan

GHARL 220322 eindbeslissing over vav, bgk, belastinggarantie cf model DLR en proceskosten

GHARL 220322 eindbeslissing over vav, bgk, belastinggarantie cf model DLR en proceskosten

2.
De motivering van de beslissing in hoger beroep

2.1
De rekenkundige heeft in zijn rapport berekend dat de totale (na aftrek van hetgeen reeds is betaald) resterende netto schade € 239.598,- bedraagt. Partijen hebben hiertegen geen bezwaren aangevoerd dus het hof zal dat bedrag toewijzen. Dit bedrag zal worden vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de kapitalisatiedatum 1 juli 2021 tot de dag van voldoening

2.2
Het hof heeft in het vorige arrest vastgesteld dat aan buitengerechtelijke kosten € 30.000,- zal worden toegewezen waarop de in verband met die kosten betaalde voorschotten in mindering moeten worden gebracht. Voor de deskundige en partijen is onduidelijk of dit bedrag ziet op de buitengerechtelijke kosten van alle gemachtigden die [ apellante, in eerste aanleg: gedaagde in conventie, verweerster in reconventie ] hebben bijgestaan of alleen op de buitengerechtelijke kosten van mr. Camps. Beantwoording van die vraag is relevant in verband met de voorschotten die in mindering moeten worden gebracht.

2.3
Bij de vaststelling van het toewijsbare bedrag aan buitengerechtelijke kosten heeft het hof het oog gehad op de totale buitengerechtelijke kosten van alle gemachtigden. Dat betekent dat scenario A van de deskundige wordt gevolgd en er nog € 577,- wordt toegewezen. Uit het deskundigenbericht volgt dat nog € 577,- aan buitengerechtelijke kosten moet worden betaald. Dat bedrag zal worden toegewezen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van dit arrest.

2.4
Allianz zal worden veroordeeld tot afgifte van een belastinggarantie zoals in het dictum vermeld. Om discussie over de tekst van deze garantie te voorkomen zal het hof opnemen dat deze dient te luiden zoals opgenomen bij het Model vaststellingsovereenkomst met belastinggarantie WAM, vastgesteld door De Letselschaderaad. Bij toewijzing van de overige vorderingen in reconventie bestaat, behoudens de hierna te bespreken proceskostenveroordelingen, verder geen belang meer.

2.5
Allianz zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten: Die kosten komen neer op het volgende.

Allianz moet de proceskosten vergoeden die [ apellante, in eerste aanleg: gedaagde in conventie, verweerster in reconventie ] heeft moeten maken in verband met het verzoek voorlopig deskundigenbericht. Die kosten bedragen: - € 1.114,- aan salaris advocaat (1 punt x tarief II).

Allianz moet ook de proceskosten vergoeden die [ apellante, in eerste aanleg: gedaagde in conventie, verweerster in reconventie ] in de procedure in eerste aanleg in conventie en reconventie heeft gemaakt. Die kosten bedragen:
- € 78,- aan griffierecht;
- € 904,- aan salaris advocaat in conventie (2 punten x tarief II)
- € 5.160;- salaris advocaat in reconventie (2 punten x tarief VII).

Allianz moet daarnaast de proceskosten vergoeden die [ apellante, in eerste aanleg: gedaagde in conventie, verweerster in reconventie ] in hoger beroep heeft gemaakt. Die kosten bedragen:
- € 97,31 aan explootkosten
- €313,- aan griffierecht
- € 16.256,- aan salaris advocaat (4 punten x tarief VI in hoger beroep).

De kosten van de deskundigen Tilanus en Erwtenman zijn in debet gesteld. Allianz zal worden veroordeeld om de kosten van deze deskundigen - € 4.077,11 en € 5.164,58 - te voldoen. Allianz dient de kosten van deskundige Withagen, die zij heeft voorgeschoten, te betalen. Een veroordeling daartoe kan, nu Allianz deze kosten heeft voldaan, achterwege blijven.

Met dank aan de heer mr. M.J.E.C. Camps, Camps Advocatuur voor het inzenden van deze uitspraak

Citeerwijze: www.letselschademagazine.nl/2022/GHARL-220322