Rb Den Bosch 110407 gekapitaliseerde kosten bewindvoerder t/m 70ste levensjaar
- Meer over dit onderwerp:
Rb Den Bosch 110407 gekapitaliseerde kosten bewindvoerder t/m 70ste levensjaar
4.19. Kroezen vordert aan kosten van de bewindvoerder tot en met 31 december 2004 een bedrag ad EUR 3.511,10. Voor de periode vanaf 1 januari 2005 tot en met het 70ste levensjaar van [B] vordert zij een bedrag ad EUR 50.554,36. [gedaagde sub 3] betwist deze schadepost.
4.20. Voor zover [gedaagde sub 3] zijn verweer grondt op zijn stelling dat er geen noodzaak was voor het instellen van het bewind, faalt dit. De rechtbank verwijst naar hetgeen zij hiervoor onder 4.17. heeft overwogen. Ook het verweer ven [gedaagde sub 3] dat uit de stukken niet blijkt van de noodzaak van bewind tot en met het 70ste levensjaar van [B] faalt. Uit de rapportage neuropsychologisch onderzoek d.d. 11 december 2006 (voorafgaand aan de comparitie overgelegd als productie 12) blijkt dat [B] nog steeds lijdt aan cognitieve stoornissen ten gevolge van het hersenletsel in 2000, die in ernst weinig veranderd zijn. [gedaagde sub 3] heeft overigens ook niet gesteld, noch is anderszins gebleken, dat die cognitieve stoornissen op enig moment niet meer zullen bestaan. Gelet hierop gaat de rechtbank ervan uit dat [B] ook in de toekomst nog onder bewind zal blijven staan.
4.21. [gedaagde sub 3] betwist voorts de hoogte van de gemaakte kosten tot 31 december 2004, omdat elk bewijs daarvoor ontbreekt. Dit verweer faalt. De noodzaak van het bewind staat vast. Dat daaraan kosten verbonden zijn behoeft geen betoog. Het door Kroezen opgevoerde bedrag over de periode vanaf het instellen van het bewind tot 31 december 2004 komt de rechtbank niet onredelijk hoog voor. Bovendien blijkt uit de dagvaarding dat men uitgaat van de landelijk vastgestelde tarieven voor bewindvoering. De kosten tot en met 31 december 2004, alsmede de daarover gevorderde rente vanaf de datum van de dagvaarding, zullen daarom worden toegewezen.
4.22. Met betrekking tot de kosten vanaf 1 januari 2005 overweegt de rechtbank het volgende. Kroezen vordert betaling van een bedrag ineens voor de kosten van de bewindvoering tot en met het 70ste levensjaar van [B]. Daartoe heeft Kroezen simpelweg de (geïndexeerde) bedragen die per jaar verschuldigd zullen zijn opgeteld. Bij vordering van een bedrag ineens voor toekomstige schade moet men echter uitgaan van een gekapitaliseerd bedrag. De ratio daarachter is, dat als men voor toekomstige schade betaling van het gehele schadebedrag ineens vordert - zoals Kroezen doet - een rentevoordeel wordt genoten en men dus meer ontvangt dan de schade die daadwerkelijk zal worden geleden. Alternatief is dat men vordert dat de gedaagde zal worden veroordeeld om telkens ieder jaar de voor dat jaar verschuldigde bedragen te voldoen. Omdat Kroezen betaling van een bedrag ineens vordert zal de rechtbank zelf het gekapitaliseerde bedrag berekenen en de schade dienovereenkomstig begroten.
4.23. De rechtbank zal daarbij uitgaan van een jaarlijkse vergoeding per 1 januari 2005 ten bedrage van EUR 990,- (inclusief BTW) conform de Aanbevelingen van het Landelijk Overleg Kantonsectorvoorzitters betreffende het meerderjarigenbewind (te vinden op www.rechtspraak.nl). Voor de berekening van de gekapitaliseerde schade verwijst de rechtbank naar de aan dit vonnis gehechte bijlage. Uit de berekening volgt dat de totale schade ter zake de kosten van bewindvoering EUR 21.568,- bedraagt. De rechtbank stelt de schade dienovereenkomstig vast. LJN: BA2723