HR 130106 Toepassing 6:101 BW, Motiveringseisen bij causaliteitsafweging en billijkheidscorrectie
- Meer over dit onderwerp:
toepassing 6:101 BW:
Waar het hof bij de beslissing de schade voor drie vierde toe te rekenen aan de notaris en voor een vierde aan [verweerster] blijkens zijn verwijzing naar de redelijkheid en billijkheid kennelijk het oog had op de tweede in art. 6:101 BW genoemde maatstaf, de zogenoemde billijkheidscorrectie, had het in de motivering tevens tot uitdrukking moeten brengen tot welk resultaat de eerste maatstaf van dat artikel, de causaliteitsafweging, heeft geleid en op welke grond dat resultaat correctie behoefde.Hoge Raad 13-01-2006 LJNAU4119
Waar het hof bij de beslissing de schade voor drie vierde toe te rekenen aan de notaris en voor een vierde aan [verweerster] blijkens zijn verwijzing naar de redelijkheid en billijkheid kennelijk het oog had op de tweede in art. 6:101 BW genoemde maatstaf, de zogenoemde billijkheidscorrectie, had het in de motivering tevens tot uitdrukking moeten brengen tot welk resultaat de eerste maatstaf van dat artikel, de causaliteitsafweging, heeft geleid en op welke grond dat resultaat correctie behoefde.Hoge Raad 13-01-2006 LJNAU4119