Rb Den Bosch 120111, X/London, ongeval uit 1993; Gederfd levensonderhoud in natura
- Meer over dit onderwerp:
Rb Den Bosch 120111, X/London, ongeval uit 1993; Gederfd levensonderhoud in natura
4.35. Bij de vaststelling van de omvang van de schade moet rekening worden gehouden met de bijdrage die de heer [X] leverde door het verrichten van werkzaamheden in en om het huis. Ook door het wegvallen van deze bijdrage lijdt [A] c.s. immers schade voor zover zij deze werkzaamheden thans - tegen betaling - door anderen moet laten doen.
4.36. [A] c.s. stelt hierover dat de heer [X] de zorg had voor het onderhoud aan huis en tuin en ook kleine verbouwingen en autoreparaties zelf verrichtte.
In de dagvaarding stelt zij in dit verband te hebben gerekend met een lage en een hoge schadevariant van respectievelijk EUR 1.000,- en EUR 2.000,- per jaar.
Ter zitting heeft zij verklaard dat volgens de NPP-normen een bedrag van EUR 750,- per jaar reëel zou zijn, maar dat zij daar met EUR 1.000,- iets boven is gaan zitten omdat de heer [X] heel handig was en ook autoreparaties zelf verrichtte.
In de akte van 4 november 2009 heeft [A] c.s. aangegeven dat uitgegaan moet worden van een schadebedrag van EUR 1.300,- per jaar, omdat volgens de Aanbeveling Zelfwerkzaamheid van de Letselschaderaad een bedrag van EUR 1.000,- reëel is en daarnaast een bedrag van EUR 300,- per jaar gerechtvaardigd is omdat de heer [X] ook kleine verbouwingswerkzaamheden en het onderhoud aan de auto zelf uitvoerde. [A] c.s. rekent deze schade door tot het jaar dat de heer [X] 70 jaar oud zou zijn geworden.
4.37. London voert aan dat elke onderbouwing van dit onderdeel van de vordering ontbreekt en dat gelet op de jurisprudentie een bedrag van omstreeks EUR 350,- per jaar tot 65-jarige leeftijd hier op zijn plaats zou zijn.
4.38. De rechtbank zal haar beoordeling richten op de meest recente stelling van [A] c.s., dat gerekend moet worden met een schadebedrag van EUR 1.300,- per jaar. De rechtbank acht het redelijk om aansluiting te zoeken bij normen die de Letselschaderaad in dit verband heeft opgesteld (Aanbeveling Zelfwerkzaamheid). [A] c.s. heeft het hoogste normbedrag van EUR 1.000,- gekozen, dat geldt voor de situatie waarin door het slachtoffer alle onderhoud werd gedaan aan een eigen woning met tuin, maar zij heeft niet onderbouwd dat van zo’n situatie sprake was. [A] c.s. stelt in de akte van november 2009 dat zij nog altijd in de voormalige echtelijke woning woont en dat het een eigen woning met tuin betreft, maar de rechtbank acht dit niet zonder meer aannemelijk omdat [A] c.s. in ander verband heeft gesteld dat sprake was van een huurwoning (zie noot 66 op pagina 25 van de dagvaarding). Ingevolge genoemde aanbeveling geldt voor huurwoningen een maximaal normbedrag van EUR 500,- per jaar. Door op het normbedrag van EUR 1.000,- de factor 1,0 toe te passen gaat [A] c.s. bovendien uit van een twee onder een kapwoning of hoekwoning, terwijl door haar niet is gesteld of onderbouwd dat sprake is van zo’n type woning. Welke (bijzondere) werkzaamheden de heer [X] verrichtte aan huis, tuin en auto en waarom dit nog een verhoging van EUR 300,- per jaar bovenop het (hoogste) normbedrag rechtvaardigt, is ook niet nader toegelicht. Dat bij de schadeberekening moet worden uitgegaan van een jaarschade van EUR 1.300,- wegens gederfd levensonderhoud in natura is dan ook niet voldoende onderbouwd. Van welke (lagere) jaarschade dan wel moet worden uitgegaan kan de rechtbank niet bepalen wegens het ontbreken van concrete informatie over met name het type woning en of het een huur- of koopwoning betreft.
4.39. Voor zover sprake is van gederfd levensonderhoud in natura acht de rechtbank het redelijk om - behoudens bijzondere omstandigheden die hier niet zijn gesteld - uit te gaan van een eindleeftijd van 70 jaar, zoals in de jurisprudentie in het algemeen wordt aanvaard en ook in genoemde aanbeveling van de Letselschaderaad is opgenomen. Hierbij dient dan tevens een jaarlijkse sterftekanscorrectie te worden toegepast, zoals [A] c.s. ook heeft gedaan in haar berekeningen. LJN BP3110