Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Noord-Holland 220813 gevorderd en toegewezen 30,5 uur x € 290,-, kosten medisch advies onvoldoende onderbouwd

Rb Noord-Holland 220813 geen csqn voor hernia na ongeval; geen omkeringsregel en geen proportionele benadering
- gevorderd en toegewezen 30,5 uur x € 290,-, kosten medisch advies onvoldoende onderbouwd

Kosten van de deelgeschilprocedure

4.10
[verzoeker] heeft verzocht de kosten te begroten op € 9.046,50 en deze toe te wijzen. Dit bedrag wordt gevormd door 25 uur keer het uurtarief van € 290,- (€ 7.250,-), vermeerderd met € 1.522,50 (21% BTW) en € 274,- aan
griffierecht. Ter gelegenheid van de zitting heeft de raadsvrouw van [verzoeker] daaraan toegevoegd dat er nog eens vijf en een half uur bijkomen en had zij haar medisch adviseur nog nodig. In totaal komen de kosten op € 11.596,57 uit.

4.11
Ook als een verzoek op grond van artikel 1019z Rv wordt afgewezen, dient de rechtbank de kosten te begroten. Dit is alleen anders indien de deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld.
Van deze laatste situatie is in het onderhavige geval geen sprake. De rechtbank verwerpt dan ook het verweer van de Noordhollandsche, inhoudende dat aan [verzoeker] op grond van de deskundigenberichten duidelijk moest zijn dat er geen verband bestond tussen het ongeval en de klachten en dat om die reden de kosten in geen geval door de Noordhollandsche gedragen behoren te worden.

4.12
Daarnaast wijst de Noordhollandsche op het feit dat [verzoeker] verzekerd is bij de Stichting rechtsbijstand en dat de kosten daar gedeclareerd kunnen worden. [verzoeker] heeft hierop gereageerd met de mededeling dat hij niet langer onder de dekking van deze verzekeraar valt. De rechtbank wijst dit verweer van de Noordhollandsche af nu niet vaststaat dat [verzoeker] zijn kosten vergoed krijgt. Overigens zou een eventuele dekking van de kosten niet zonder meer afdoen aan de gehoudenheid van de Noordhollandsche om de kosten die gepaard gaan met een deelgeschil te vergoeden.

4.13
Voorts is de rechtbank van oordeel dat, gelet op de omvang en de complexiteit van het geschil, het door de advocaat van [verzoeker] gehanteerde - en niet betwiste - uurtarief van € 290,- niet bovenmatig is. Nu overigens de urenstaat niet is betwist en concrete duidelijkheid biedt over de tijdsbesteding, zal de rechtbank de met de opstelling van het verzoekschrift en de behandeling van de zaak gemoeide kosten in redelijkheid begroten. Daarbij zullen de kosten van € 512,50 aan medisch advies niet in de begroting worden opgenomen, nu hiervan geen nota is overgelegd en een afdoende onderbouwing van dit bedrag ontbreekt. De met de opstelling van het verzoekschrift en de behandeling van de zaak gemoeide kosten worden in redelijkheid begroot op € 10.976,45 (30,5 uur tegen een tarief van € 290,- , vermeerderd met 21% BTW en griffierecht ad € 274,-). ECLI:NL:RBNHO:2013:10407