Overslaan en naar de inhoud gaan

RBDHA 281118 verzocht 14 uur x € 255,00 + 7% + 21% bovenmatig, begroot, niet toegewezen 14 uren x € 225,00 + 21%

RBDHA 281118 Zorgplicht werkgever. Aanwezigheid opstapje voldoende duidelijk. Val door onoplettendheid werknemer;
- verzocht 14 uur x € 255,00 + 7% + 21% bovenmatig, begroot, niet toegewezen 14 uren x € 225,00 + 21%

Kosten deelgeschil

4.7.
Ingevolge artikel 1019aa Rv dient de kantonrechter de kosten bij de behandeling van het verzoek aan de zijde van de persoon die schade door letsel lijdt te begroten, ook als het verzoek wordt afgewezen. Hierbij dient de dubbele redelijkheidstoets gehanteerd te worden: het dient redelijk te zijn dat de kosten zijn gemaakt en de hoogte van de kosten dient eveneens redelijk te zijn. Dit betekent dat indien een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen (TK 2007-2008, 31518, nr. 3, p. 12).

4.8.
De kantonrechter is van oordeel dat van een volstrekt onnodig of onterecht ingestelde procedure geen sprake is aangezien partijen belang hebben bij duidelijkheid over de aansprakelijkheidsvraag. Er zal worden overgaan tot begroting van de kosten.

4.9.
De gemachtigde van [verzoekster] , mr. Van Scherpenzeel, heeft verzocht de kosten te begroten op € 4.648,60 bestaande uit de volgende bedragen. Een bedrag van € 4.569,60 waarbij is uitgegaan van 14 uur tegen een uurtarief van € 255,00, met 7% kantoorkosten en 21% btw. Dit bedrag dient nog vermeerderd te worden met het betaalde griffierecht van € 79,00.

4.10.
ESIC c.s. heeft bezwaar gemaakt tegen het uurtarief. Zij heeft daartoe – kortweg – aangevoerd dat het uurtarief in een procedure als de onderhavige, ook gelet op aard van de zaak, ongebruikelijk hoog is. ESIC c.s. verzet zich voorts tegen de verzochte kantoorkosten. Zij zijn bereid uit te gaan van een uurtarief van € 225,00 inclusief kantoorkosten en exclusief btw, zodat deze begroot kan worden op € 3.811,50. Hierop heeft mr. Van Scherpenzeel verder niet meer gereageerd.

4.11.
De kantonrechter acht het door mr. Van Scherpenzeel gehanteerde uurtarief, voor een particuliere cliënt in een niet complexe zaak als deze en mede in het licht van het aantal bestede uren, bovenmatig en zal het uurtarief vaststellen zoals voorgesteld door ESIC c.s. De kantonrechter begroot de kosten dan ook op een bedrag van € 3.811,50 (14 uren x € 225,00 x 21% btw), te vermeerderen met het door [verzoekster] betaalde griffierecht van € 79,00, zijnde derhalve in totaal een bedrag van € 3.890,50.

4.12.
Aangezien de aansprakelijkheid van ESIC voor de gevolgen van het [verzoekster] overkomen ongeval niet vast staat, is de verzochte veroordeling van ESIC tot voldoening van deze kosten niet toewijsbaar. Ten overvloede merkt de kantonrechter op dat het begrote bedrag uitsluitend verschuldigd is indien de aansprakelijkheid van ESIC alsnog in rechte komt vast te staan. ECLI:NL:RBDHA:2018:16010