RBGEL 070222 deelgeschil niet bedoeld als incassoprocedure; ncnp-afspraak; benadeelde heeft zelf geen belang in dit geschil; afwijzing
- Meer over dit onderwerp:
RBGEL 070222 deelgeschil niet bedoeld als incassoprocedure; ncnp-afspraak; benadeelde heeft zelf geen belang in dit geschil; afwijzing
- deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht ingesteld, vooral ingesteld met doel betaling van de declaraties, niet om vso dichterbij te brengen.
2.
De feiten
2.1.
Benadeelde is op 4 oktober 2020 betrokken geraakt bij een verkeersongeval. De aansprakelijke partij was tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd bij Allianz.
2.2.
Benadeelde heeft zich voor de afwikkeling van zijn schade gewend tot mr. Gemachtigde (hierna: mr. Gemachtigde). Op 12 oktober 2020 heeft mr. Gemachtigde Allianz namens Benadeelde aansprakelijk gesteld voor de gevolgen van het ongeval.
2.3.
Allianz heeft in een e-mail van 28 oktober 2020 aansprakelijkheid erkend en in diezelfde e-mail haar beleid ten aanzien van vergoeding van buitengerechtelijke kosten aan Benadeelde bekend gemaakt.
2.4.
In de `Allianz Beleidsbrief buitengerechtelijke kosten (BGK) ten behoeve van betrokkene' is onder meer het volgende te lezen:
“( ... )
Wanneer betaalt Allianz buitengerechtelijke kosten?
Allereerst dient beoordeeld te worden of het redelijk is, dat een belangenbehartiger is ingeschakeld. Vervolgens dient gekeken te worden naar de redelijkheid van de totale claim van de buitengerechtelijke kosten. Die laatste beoordeling volgt veelal bij de eindregeling van uw letselschade. Tussentijds betaalt Allianz voorschotten op de buitengerechtelijke kosten aan uw belangenbehartiger.
Hoe beoordeelt Allianz de redelijkheid van de buitengerechtelijke kosten? Of de door uw belangenbehartiger in rekening gebrachte kosten redelijk zijn, hangt af van diverse factoren. Van belang zijn vooral de hoogte van het uurtarief, het aantal bestede uren, hoe complex de werkzaamheden zijn en de verhouding van de buitengerechtelijke kosten ten opzichte van de hoogte van uw overige schadeposten.
( ... )"
2.5.
Mr. Gemachtigde heeft op 25 november 2020, op 19 januari 2021, 4 februari 2021, 18 mei 2021, 21 juni 20121 en 21 oktober 2021 nota's gestuurd aan Allianz voor buitengerechtelijke kosten voor in totaal een bedrag van € 5.878,60.
2.6.
Allianz heeft op 26 januari 2021, 19 april 2021 en op 2 augustus 2021 bevoorschot op de buitengerechtelijke kosten. In totaal voor een bedrag van € 3.000,00.
2.7.
Op 13 maart 2021 raakte Benadeelde betrokken bij een tweede ongeval. De aansprakelijke partij bij dat ongeval was verzekerd bij Nationale Nederlanden. Nationale Nederlanden heeft de aansprakelijkheid op 19 april 2021 erkend.
2.8.
Allianz treedt op al regelend verzekeraar voor de schadeafwikkeling van de schade van beide ongevallen.
2.9.
Naar aanleiding van een verzoek van mr. Gemachtigde van 21 juni 2021 om een voorschot op de buitengerechtelijke kosten, heeft Allianz geschreven het medisch advies te willen afwachten.
2.10.
Op 7 oktober 2021 heeft Allianz het volgende aan mr. Gemachtigde geschreven:
"In het dossier van de heer Benadeelde beschikken wij inmiddels over het medisch advies van Medas. Een afschrift van het advies treft u in de bijlage.
Samenvattend geeft de medisch adviseur aan dat client na het ongeval van 4 oktober 2020 opnieuw klachten heeft gemeld aan diens linkerschouder, waar hij eerder mee bekend is geweest. Uit de medische informatie lijkt volgens de medisch adviseur te volgen dat deze eerdere schouderklachten mogelijk niet geheel hersteld zijn geweest.
Onbekend is of er na maart 2021 nog behandelingen hebben plaatsgevonden. Mochten er nog wel behandelingen hebben plaatsgevonden, ontvangt Medas graag de medische informatie in dat kader. Indien er geen behandelingen sinds maart 2021 hebben plaatsgevonden, is het dossier onzes inziens regelbaar. In dat geval ontvangen wij graag uw regelingsinzichten."
2.11.
Op 21 oktober 2021 heeft mr. Gemachtigde Allianz verzocht om zijn voorschotverzoek ten aanzien van de buitengerechtelijke kosten te beoordelen, omdat het medisch advies is ontvangen.
2.12.
Op 11 november 2021 heeft Op 11 november 2021 heeft Allianz op dit verzoek als volgt gereageerd:
"Op grond van het medisch advies lijkt er zoals gezegd sprake te zijn van pre-existente klachten. Zodoende staat niet vast dat de geclaimde schadeposten volledig ongevalsgevolg zijn. Hierover dient duidelijkheid verschaft te worden. Voor nu is er dan ook geen ruimte voor een aanvullend voorschot.
Ten aanzien van uw verzoek omtrent de buitengerechtelijke kosten, informeer ik u als volgt. Eerder zonden wij u ons BGK-beleid. ( ... ) Hieruit volgt dat wij tussentijds, lopende het dossier, bevoorschotten op deze kosten, waarbij wij rekening houden met de dubbele redelijkheidstoets conform 6:96 BW. Hierbij is eveneens van belang dat de buitengerechtelijke kosten in verhouding zijn met de overige schadeposten van client, wat nu niet het geval is. Wij zien in het kader van de buitengerechtelijke kosten geen ruimte voor nadere bevoorschotting.
Wij verzoeken u nogmaals om de medische onderbouwing aan te leveren, dan wel met ons in gesprek te gaan over een meer pragmatische regeling van de schade."
2.13.
Op 25 november 2021 heeft Benadeelde de deelgeschilprocedure aanhangig gemaakt.
3.
Het verzoek en het verweer
3.1.
Benadeelde verzoekt dat de kantonrechter om bij beschikking, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, Allianz zal veroordelen om aan Benadeelde te voldoen € 2.878,60 aan buitengerechtelijke kosten, vermeerderd met de wettelijke rente en de kosten van het deelgeschil van € 3.118,60.
3.2.
Benadeelde legt aan zijn verzoek - bezien tegen de achtergrond van de vastgestelde feiten - het volgende ten grondslag.
Allianz heeft van de € 5.878,60 gedeclareerde buitengerechtelijke kosten slechts 3.000,00 betaald. Daarmee heeft Allianz dus ongeveer de helft van de gedeclareerde kosten niet betaald, terwijl de door mr. Gemachtigde gedeclareerde kosten aan de dubbele redelijkheidstoets voldoen.
Mr. Gemachtigde heeft daarom zijn buitengerechtelijke werkzaamheden opgeschort, totdat Allianz de buitengerechtelijke kosten heeft betaald.
3.3.
Allianz heeft verweer gevoerd. Allianz heeft allereerst aangevoerd dat Benadeelde niet-ontvankelijk moet worden verklaard omdat de onderhandelingen niet in een impasse verkeren en een beslissing in dit deelgeschil daarom niet/onvoldoende kan bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst. Verder heeft Allianz aangevoerd dat er sprake is van een incassoprocedure, waarvoor de deelgeschilprocedure niet is bedoeld, zodat er sprake is van misbruik van procesrecht.
4.
De beoordeling
4.1.
Beoordeeld moet worden of Benadeelde ontvankelijk is in zijn verzoek en zo ja, of het verzoek zich leent voor behandeling in een deelgeschilprocedure als bedoeld in de artikelen 1019 w tot en met 1019cc Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.)
4.2.
Hoewel in het verzoekschrift niets is vermeld over het letsel van Benadeelde, blijkt uit de overgelegde producties dat Benadeelde zich op het standpunt stelt dat hij als gevolg van de ongevallen schade lijdt als gevolg van letsel, waarvoor hij Allianz (en Nationale Nederlanden) aansprakelijk houdt. Daarmee is Benadeelde ontvankelijk in zijn verzoek.
4.3.
Dat brengt mee dat vervolgens beoordeeld moet worden of het verzoek zich leent voor behandeling in deelgeschil. Daarbij wordt voorop gesteld dat de deelgeschilprocedure partijen een eenvoudige, snelle en ten opzichte van de bodemprocedure aanmerkelijk goedkopere toegang tot de rechter biedt ter oplossing van een deelgeschil in de buitengerechtelijke onderhandelingsfase. De procedure heeft tot doel dat partijen met behulp van interventie van de deelgeschilrechter dichter bij een buitengerechtelijke oplossing komen en de uitspraak moet partijen in staat stellen om de buitengerechtelijke onderhandelingen weer op te pakken en mogelijk definitief af te ronden door middel van een vaststellingsovereenkomst.
4.4.
In de parlementaire geschiedenis bij de totstandkoming van de Wet deelgeschilprocedure voor letsel- en overlijdensschade is een geschil over tussentijdse bevoorschotting van de buitengerechtelijke kosten uitdrukkelijk als voorbeeld van een mogelijk deelgeschil genoemd. In beginsel kan een verzoek tot toekenning van een voorschot op de buitengerechtelijke kosten dan ook in een deelgeschil aan de orde komen. Afhankelijk van de omstandigheden van het geval, zal beoordeeld moeten worden of is voldaan aan de voorwaarde dat de verzochte beslissing voldoende kan bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst. Indien dit niet het geval is, zal de kantonrechter het verzoek afwijzen.
4.5.
Vast staat dat het verzoek van Benadeelde uitsluitend ziet op de betaling van de buitengerechtelijke kosten. Van de in totaal € 5.878,60 aan gedeclareerde buitengerechtelijke kosten heeft Allianz een bedrag van € 3.000,00 bevoorschot. Allianz heeft aangevoerd dat de onderhandelingen niet in een impasse verkeren omdat zij in oktober en november 2021 Benadeelde nog heeft verzocht ofwel om ontbrekende medische gegevens te verstrekken ofwel om een afspraak te maken om de mogelijkheden van een pragmatische regeling te bezien. De gemachtigde van Benadeelde heeft daarop besloten zijn werkzaamheden op te schorten en een deelgeschilprocedure over enkel de buitengerechtelijke kosten aanhangig te maken. Volgens Allianz zal een beslissing op het verzoek niet bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst en wordt de deelgeschilprocedure volgens Allianz enkel gebruikt als incassoprocedure, waarvoor de deelgeschilprocedure uitdrukkelijk niet is bedoeld.
4.6.
Allianz heeft vanaf het begin aan (de gemachtigde van) Benadeelde duidelijk gemaakt dat zij zal bevoorschotten op de buitengerechtelijke kosten, maar dat de definitieve beoordeling van deze kosten pas wordt gemaakt bij het tot stand komen van een eindregeling. Eén van de genoemde redenen daarvoor is dat de buitengerechtelijke kosten in verhouding moeten staan tot de (overige) totale schade. In augustus 2021 heeft de medisch adviseur van Allianz gevraagd om nadere medische informatie over de behandeling van Benadeelde vanaf maart 2021. Allianz stelt zich dan ook op het standpunt dat er nog nadere medische informatie nodig is om de totale schade van Benadeelde te kunnen beoordelen waarmee tot een eindregeling gekomen kan worden. Indien Benadeelde deze informatie niet kan of wil verstrekken, is Allianz ook bereid tot het treffen van een pragmatische regeling, zo schreef Allianz in haar e-mails van 7 oktober en 11 november 2021 aan mr. Gemachtigde. Hieruit blijkt naar het oordeel van de kantonrechter dat Allianz zich niet op het standpunt heeft gesteld onder geen enkele voorwaarde de buitengerechtelijke kosten van Benadeelde te willen vergoeden, maar dat zij daarover pas later (als een betere inschatting van de totale schade kon worden gemaakt) zou beslissen. Bovendien heeft Allianz in augustus 2021 nog een bedrag van € 1.000,00 betaald als voorschot op de buitengerechtelijke kosten. Hieruit volgt dat een beslissing op het verzoek niet zal bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst.
4.7.
Voorts wordt overwogen dat het verzoekschrift van Benadeelde enkel is gericht op vergoeding van de buitengerechtelijke kosten, waardoor de kantonrechter zich dan ook niet aan de indruk kan onttrekken dat de procedure slechts aanhangig is gemaakt ten behoeve van een vergoeding van de buitengerechtelijke kosten. Van een verdere impasse tussen partijen waardoor de buitengerechtelijke onderhandelingen worden belemmerd en waarvoor een beslissing van de rechter wenselijk is, is niet gebleken. Er is al met al sprake van een incassoprocedure waarvoor de deelgeschilprocedure niet is bedoeld. Door de deelgeschilprocedure niettemin op deze wijze te benutten, maakt de gemachtigde van Benadeelde misbruik van procesrecht. Die conclusie moet eens te meer worden getrokken omdat met Benadeelde, zo verklaarde hij ter zitting, geen afspraken zijn gemaakt over een vergoeding voor de door mr. Gemachtigde te verrichten werkzaamheden. Kennelijk gebeurt dat op basis van 'no cure no pay', een in de letselschadepraktijk gebruikelijke afspraak. Daarmee heeft Benadeelde zelf geen belang in dit geschil.
4.8.
Uit het voorgaande volgt dat het verzoek op grond van het bepaalde in artikel 1019z Rv zal worden afgewezen.
4.9.
Op grond van artikel 1019aa Rv moeten de kosten van de behandeling van het deelgeschil in beginsel worden begroot, waarbij de dubbele redelijkheidstoets in aanmerking moet worden genomen. Dit betekent dat als een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor begroting in aanmerking komen. Deze situatie doet zich voor.
Het gaat in deze zaak om (een) ongeval(len) met - zoals het zich laat aanzien - geringe impact, waarvan de aansprakelijkheid snel is erkend. Het is een overzichtelijke zaak zonder complicaties, zoals medische expertises. Het deelgeschil is vooral ingesteld met als doel betaling van de declaraties van buitengerechtelijke kosten van mr. Gemachtigde en niet om een vaststellingsovereenkomst tot stand of dichterbij te brengen. Er is dan ook geen sprake van in redelijkheid gemaakte kosten.
https://www.kbsadvocaten.nl/wp-content/uploads/2022/02/Beschikking-kantonrechter-dd-7-2-22.pdf