Overslaan en naar de inhoud gaan

Richtlijnen bepaling van functieverlies bij neurologische aandoeningen

Richtlijnen bepaling van functieverlies bij neurologische aandoeningen
Op de Algemene Ledenvergadering van de NvN van 1 november j.l is de richtlijn bepaling van functieverlies bij neurologische aandoeningen goedgekeurd.
NVN Daarin o.m.:

B. Persisterende klachten na nektrauma
Na een nektrauma kunnen aantoonbare beschadigingen ontstaan van het zenuwstelsel of het bewegingsapparaat. Deze worden door de Quebec Task Force (1995) samengevat onder de naam 'whiplash-associated disorder' (WAD) graad 3 of 4. Het daardoor opgetreden functieverlies dient te worden beoordeeld volgens de geëigende tabellen. Het is ook mogelijk dat klachten blijven bestaan, waarvoor met alle bekende onderzoekmethoden geen substraat kan worden aangetoond. Deze klachten staan bekend als 'postwhiplash-syndroom', in de terminologie van de Quebec Task Force WAD graad 1 en 2. Dit is een verzamelnaam geworden voor klachten na een ongeval, waarbij nekpijn op de voorgrond staat, al of niet met hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid, concentratiestoornissen, tintelingen in armen en handen en visusklachten. Het is niet ongebruikelijk geworden het optreden van dergelijke klachten na wat voor ongeval dan ook, onafhankelijk van het ongevalsmechanisme en/of de intensiteit van de geweldsinwerking, te omschrijven als 'whiplash'. Om uit te maken of dit beeld al of niet moet worden toegeschreven aan een aandoening van het zenuwstelsel, is het van essentieel belang dat bij iedere gelaedeerde met klachten die als 'whiplash' worden betiteld, een uitgebreide neurologische evaluatie plaatsvindt. In AMA-5 wordt het postwhiplash-syndroom niet apart genoemd, maar het is wel terug te vinden (AMA-5 tab 15-5, blz. 392, tab 15-7, blz.404 en example 15-12, blz. 393). Volgens tabel 15-5 is er een functieverlies van 5-8% op basis van verschijnselen als 'muscle guarding', 'asymmetric loss of range of motion', 'non-verifiable radicular complaints' en 'radicular pain without objective findings'. Volgens example 15-12 is er bij normale nekbewegingen geen functieverlies, ook al bestaat er pijn en drukpijn, hetgeen in tegenspraak lijkt met tabel 15-5. De Commissie kan zich in dit alles niet vinden. Het zou inhouden dat louter de door de onderzochte aangegeven klachten tot een fors functieverlies aanleiding geven. Ook het toekennen van posttraumatisch functieverlies op grond van asymmetrische bewegingen van de nek of spierhypertonie is niet te verdedigen, gegeven het frequent voorkomen in de bevolking van nekklachten met deze bevindingen zonder voorafgaand trauma.
Het posthwiplash-syndroom moet worden gezien als een chronisch pijnsyndroom zonder neurologisch substraat. De Commissie is van oordeel dat volgens de huidige inzichten hieraan door de neuroloog geen percentage functieverlies kan worden toegekend.