Verbond van Verzekeraars - ASP 111122: Pilot Werkafspraken Wmo 2023
- Meer over dit onderwerp:
Verbond van Verzekeraars - ASP 111122: Pilot Werkafspraken Wmo 2023
Werkafspraken Verbond - ASP-advocaten Januari 2023
Inleiding
Ingeval van letselschade waarvoor een ander (deels) aansprakelijk is kunnen zich situaties voordoen waarbij het slachtoffer zich zowel rechtstreeks tot de aansprakelijke verzekeraar kan wenden als de gemeente kan aanspreken.
De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo) regelt hulp en ondersteuning voor burgers, zodat zij zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen wonen en deel kunnen blijven nemen aan de maatschappij. De melding, het daaropvolgende onderzoek en het aanvragen van een maatwerkvoorziening in het kader van de Wmo ondersteuning loopt via het WMO-Loket van de gemeente waar de aanvrager woont. Daarbij kan een door de gemeente gefinancierde onafhankelijke cliëntondersteuner hulp bieden.1 Een Wmo voorziening is beschikbaar voor elke ingezetene van Nederland.
Er zijn situaties denkbaar waarbij juist het ene of juist het andere spoor de meest logisch te volgen weg is. Maar er zijn ook situaties denkbaar waarbij het onduidelijk kan zijn via welk traject; via de verzekeraar of via de Wmo, het slachtoffer de meest adequate voorzieningen kan realiseren in relatie tot de geleden schade. Bijvoorbeeld ook met het oog op toekomstige aanspraken die buiten de aansprakelijkheidssfeer liggen dan wel het causaal verband met het ongeval doorbreken. Waardoor het risico ontstaat dat het slachtoffer tussen partijen heen en weer wordt gestuurd. Het gevolg van de keuze om wel of niet de gemeente te betrekken is complex. De benodigde voorzieningen kunnen op meerdere publieke terreinen liggen. Een Wmo toekenning kan ook een voorwaarde zijn voor toegang tot andere publieke voorzieningen.
Doel van deze afspraak
Partijen zijn het erover eens dat het onwenselijk is dat discussies of verwijzingen eraan in de weg staan dat de noodzakelijke geachte maatschappelijke ondersteuning niet, of niet tijdig worden gerealiseerd. Uitgangspunt is dat het slachtoffer hier geen nadeel van mag ondervinden. Het doel van deze werkafspraken is om in het belang van het slachtoffer onduidelijke situaties te voorkomen.
Deelnemende partijen
De leden van de vereniging Advocaten voor Slachtoffers van Personenschade (ASP),die hebben ingetekend op deze werkafspraken, gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen “ASP”
en:
De leden van het Verbond van Verzekeraars, die hebben ingetekend op deze werkafspraken, gevestigd te Den Haag, hierna te noemen: (“het Verbond”) “Verzekeraars”
Overwegende dat:
I. De leden van de ASP letselschadeadvocaat zijn die juridische bijstand verlenen aan slachtoffers van personenschade;
II. De leden van het Verbond, onder meer aansprakelijkheidsverzekeraar zijn die in de uitoefening van hun bedrijf de aansprakelijkheid van derden verzekeren en daarom de door hun verzekerden veroorzaakte schade, waarvoor de verzekerde aansprakelijk is, regelen en vergoeden voor zover daar dekking voor is onder de betreffende polis.
III. Slachtoffers van personenschade de keuze hebben vergoeding te verlangen van de door hen geleden schade door de aansprakelijkheidsverzekeraar van hun wederpartij, maar ook aanspraak kunnen maken op publiekrechtelijke voorzieningen op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, (hierna ‘Wmo’) en dat per casus in overleg met het slachtoffer wordt bekeken wat de meest geëigende weg is voor het slachtoffer. Hierbij kan het advies van de deskundige worden betrokken omdat de deskundige de consequenties van het besluit kan overzien.
IV. Het hierbij om een groot aantal verschillende voorzieningen kan gaan. In goed overleg met het slachtoffer en passend bij de situatie van het slachtoffer, zal worden bezien welk traject voor het verstrekken van het voornoemde beste past, de weg via de Wmo en/of de weg via de aansprakelijke verzekeraar.
V. Partijen gezamenlijk vinden dat het slachtoffer, zoveel als door het slachtoffer gewenst, en zo snel en doelmatig mogelijk geholpen moet worden ongeacht de vraag wie uiteindelijk de kosten van de benodigde voorziening draagt: de verzekeraar of de gemeente in het kader van de Wmo.
VI. Partijen daarom, in het belang van het slachtoffer, en ter voorkoming van verdere discussie werkafspraken hebben gemaakt voor de situatie waarin het slachtoffer zowel vergoeding van zijn schade van een verzekeraar kan vorderen en tegelijkertijd ook recht heeft op een of meer voorzieningen op grond van de Wmo.
Maken de volgende werkafspraken:
1. Verzekeraars zullen, daar waar passend bij de situatie en waar praktisch mogelijk actief een, al dan niet tijdelijke, voorziening faciliteren en het slachtoffer desgewenst laten ondersteunen door een deskundige. Partijen laten de deskundige adviseren via welk traject het slachtoffer het best kan worden geholpen bij het realiseren van een voorziening, althans oplossing. De gemeente wordt in het kader van de Wmo middels een melding bij het WMO-loket2in goed overleg met partijen en het slachtoffer direct bij aanvang van de situatie betrokken.
2. Wanneer de verzekeraar voorziet in een tijdelijke oplossing, geschiedt dit in overleg met de gemeente en idealiter met diens instemming. De gemeente wordt door de verzekeraar direct vanaf aanvang bij de situatie betrokken, tenzij al direct duidelijk is dat de gemeente niet zal worden ingeschakeld. Tijdens dit overleg wordt het dossiernummer van de verzekeraar met de gemeente gedeeld. De deskundige faciliteert het overleg tussen de gemeente en de verzekeraar over wie welk aandeel van de voorzieningen faciliteert. In dit overleg behartigt de ASP-advocaat de wensen en belangen van zijn cliënt. Alle partijen zetten volledig in op het ontzorgen van het slachtoffer en te begeleiden in de contacten met de gemeente.
3. De deskundige3 wordt ingeschakeld zodra partijen het erover eens zijn dat deze inschakeling een meerwaarde heeft. De deskundige wordt – indien van toepassing – zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen twee weken na erkenning van aansprakelijkheid ingeschakeld. Indien de aansprakelijkheid al erkend is wordt de deskundige ingeschakeld binnen twee weken nadat het slachtoffer de wenselijkheid van de inzet van een deskundige kenbaar heeft gemaakt. Desnoods op basis van een pre- advies op basis van de stukken.
4. De verzekeraar en de ASP-advocaat bepalen gezamenlijk in goed onderling overleg de persoon van de deskundige.
5. De deskundige krijgt de opdracht om op basis van alle relevante informatie, samen met het slachtoffer, diens ASP-advocaat, de gemeente en de verzekeraar een inventarisatie te maken van de benodigde zorg en of voorzieningen. Daarbij geldt als toetsingskader de civielrechtelijke norm, te weten dat het slachtoffer zoveel als mogelijk wordt teruggebracht in de situatie waarin het slachtoffer zich zou hebben bevonden wanneer de aansprakelijkheid scheppende gebeurtenis niet had plaatsgevonden.
6. De deskundige ondersteunt het slachtoffer na ondertekening van de machtiging en zorgt ervoor dat de benodigde voorzieningen zo snel mogelijk worden verwezenlijkt, ongeacht de vraag of de kosten van de voorziening voor rekening van de verzekeraar of de gemeente komen.
7. Gaat het om een voorziening die alleen via de gemeente (al dan niet in het kader van de Wmo) of via een andere publieke voorziening kan worden verstrekt, dan zal de deskundige het slachtoffer ondersteunen bij het doen van een daartoe strekkende aanvraag bij de gemeente of andere overheidsinstantie. De deskundige let op de termijnen en houdt gedurende de aanvraag contact met de gemeente of overheidsinstantie om een spoedige beslissing op de aanvraag zoveel als mogelijk te bevorderen.
8. Kan de vergoeding of de maatwerkvoorziening door zowel de verzekeraar worden gefaciliteerd als door de gemeente worden verstrekt, dan adviseert de deskundige de meest passende route voor het slachtoffer, rekening houdend met de inzet van de voorziening en de continuïteit daarvan. Is niet direct duidelijk wie de voorzieningen vergoedt, dan stelt de verzekeraar zich actief op om (in overleg met de gemeente) tot het realiseren van de voorziening te komen, zonder dat daarbij al een definitief standpunt over de financiering behoeft te worden genomen.
9. In de navolgende situaties (kan een Wmo aanvraag buiten beschouwing blijven) en zal de verzekeraar (zoveel mogelijk pogen) de voorziening zelf aan te bieden (en financieren)4
Een dienst, hulpmiddel, woningaanpassing of andere maatregel kan als algemeen gebruikelijk worden aangemerkt als voldaan is aan alle hieronder staande criteria: • Deze niet specifiek bedoeld is voor personen met een beperking;
• Daadwerkelijk beschikbaar is;
• Een passende bijdrage levert aan het realiseren van de situatie waarin de cliënt tot zelfredzaamheid of participatie in staat is en;
• Deze financieel gedragen kan worden met een inkomen op minimumniveau.
Toelichting
a. Als het gaat om een tijdelijke voorziening.
b. Als het gaat om algemeen gebruikelijke voorzieningen die men bijvoorbeeld in de reguliere handel zoals een bouwmarkt kan aanschaffen.
c. Als het gaat om producten die niet alleen voor mensen met een beperking bedoeld zijn.
d. Als de totale kosten van de voorziening niet meer bedragen dan € 2.500,-, en als de Wmo voorziening niet gekoppeld is aan een andere publieke voorziening, en er op voorhand al vaststaat er niet ‘meer’ voorzieningen noodzakelijk zijn via de Wmo.
e. Als op voorhand duidelijk is dat de gemeente geen maatwerkvoorziening zal toekennen (bijvoorbeeld hulpaanvraag huishouden waarbij er sprake is van een gezonde partner).
10. Indien de aansprakelijkheid nog niet vaststaat, of vaststaat dat er sprake is van eigen schuld aan de zijde van het slachtoffer, en/of er ten aanzien van de benodigde voorziening een causaliteitsdiscussie is, zal de ASP-advocaat het slachtoffer uitdrukkelijk wijzen op de mogelijkheid om een Wmo-aanvraag te doen. Bij eigen schuld of een causaliteitsdiscussie is het altijd zinvol een Wmo- aanvraag te doen omdat dan toch een maatwerkvoorziening kan worden gerealiseerd. Voorts zal de gemeente worden geïnformeerd dat de omvang van de aansprakelijkheid nog niet vaststaat. (In geval van eigen schuld of partiële causaliteit wordt gehandeld zoals weergegeven onder punt 7.)
11. Partijen evalueren deze werkafspraken een jaar na inwerkingtreding van deze werkafspraken, onder meer op – maar niet beperkt tot – doelmatigheid en effectiviteit. Mochten ontwikkelingen (politiek, wetgeving of jurisprudentie) hiertoe aanleiding geven dan zullen partijen met elkaar bespreken welke invloed de gewijzigde omstandigheden hebben op de hiervoor weergegeven afspraken. Verzekeraars.nl
1 Cliëntondersteuners zijn ook mogelijk in het kader van de Zorgverzekeringswet, de Jeugdwet en de Wet langdurige zorg.
2 Of bij een andere benaming bekend
3 Met deskundige wordt bedoeld de herstelgerichte dienstverlener die aantoonbare ervaring heeft met Wmo-trajecten en aanpalende wet- en regelgeving, en het schadevergoedingsrecht.
4 Zie de criteria van de CRvB CRvB 20-11-2019, ECLI:NL:CRVB:2019:3535