Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 130522 in tussenvonnis voorshands bewezen relatie rugklachten & werkzaamheden; orthopedisch onderzoek ihkv tegenbewijs (2)

RBROT 130522 in tussenvonnis voorshands bewezen relatie rugklachten & werkzaamheden; orthopedisch onderzoek ihkv tegenbewijs

2.De verdere beoordeling van de vordering
2.1
De kantonrechter verwijst naar het tussenvonnis van 1 oktober 2021, (geen publicatie bekend, red. LSA LM) waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast dient te worden beschouwd. In dat vonnis is Hefra toegelaten tot het leveren van het tegenbewijs, door middel van een medisch deskundigenbericht, van de voorshands bewezen stelling dat de rugklachten van [eiser] zijn ontstaan door zijn werkzaamheden bij Hefra.

2.2
Bij voormelde aktes heeft Hefra meegedeeld dat zij vorenbedoeld tegenbewijs wenst te leveren. Partijen hebben overeenstemming bereikt over de persoon van de medisch deskundige, namelijk [naam], orthopedisch chirurg en werkzaam bij het [naam centrum] te [adres]. Desgevraagd heeft hij verklaard bereid en in staat te zijn het verlangde onderzoek te verrichten. Tevens heeft hij te kennen gegeven geen binding met partijen te hebben en evenmin betrokken te zijn bij het onderhavige geschil.

Partijen hebben in hun aktes verzocht om de daarin vermelde vragen en verzoeken aan de deskundige ter beantwoording voor te leggen. Partijen hebben geen overeenstemming bereikt over de aan de deskundige te stellen vragen, maar de voorgestelde vragen vertonen in overwegende mate wel grote gelijkenissen. De vragen zijn grotendeels gebaseerd op (een selectie uit) de zogeheten IWMD-vraagstelling. Gelet hierop en op de aard van het deskundigenonderzoek op medisch gebied, ziet de kantonrechter aanleiding om de door beide partijen voorgestelde vragen en verzoeken aan de deskundige voor te leggen, op de wijze zoals hierna is vermeld.

2.3
De deskundige heeft het aan het onderzoek verbonden loon en de kostenvergoeding begroot op € 5.082,00 inclusief BTW, welk bedrag als voorschot dient te worden gestort. Zoals reeds in het tussenvonnis van 1 oktober 2021 is overwogen komt dit voorschot voor rekening van Hefra. Nu Hefra in haar akte deskundigenbericht expliciet heeft aangegeven dat zij het voorschot voldoet en zij daarbij geen maximumbedrag heeft genoemd en ook niet heeft verzocht om zich nog daarover uit te laten, ziet de kantonrechter geen aanleiding om Hefra nog in de gelegenheid te stellen zich over de hoogte van het voorschot uit te laten.

Aan [eiser] zal worden opgedragen het procesdossier aan de deskundige ter beschikking te stellen.

2.4
De deskundige dient het onderzoek, waarbij hij heeft aangegeven dat dit wat hem betreft begin juni 2022 kan starten, niet eerder aan te vangen dan na ontvangst van het bericht van de griffier dat eerdergenoemd voorschot is gedeponeerd. Na ontvangst van het deskundigenbericht zal de zaak worden verwezen naar de hierna vermelde rolzitting voor conclusie na deskundigenbericht aan de zijde van Hefra.

2.5
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen zal worden beslist op de hierna te bepalen wijze. Iedere verdere beslissing wordt in dit stadium van de procedure aangehouden.

3.De beslissing
De kantonrechter:

alvorens verder te beslissen:

beveelt een deskundigenonderzoek;

benoemt tot deskundige [naam], orthopedisch chirurg, werkzaam bij het [naam centrum] te [adres] (e-mailadres: [e-mailadres]);

verzoekt de deskundige om schriftelijk en beredeneerd advies uit te brengen omtrent de volgende vragen en verzoeken:

meestal zal het niet mogelijk zijn om onderstaande vragen met zekerheid te beantwoorden. Van u wordt ook niet gevraagd zekerheid te bieden. Wel wordt gevraagd of u vanuit uw kennis en ervaring op uw vakgebied uw mening wilt geven over kansen en waarschijnlijkheden. Het is dus de bedoeling dat u aangeeft wat u op grond van uw deskundigheid op uw vakgebied op deze vragen kunt antwoorden;

1. hoe waarschijnlijk (zeer waarschijnlijk – waarschijnlijk – mogelijk waarschijnlijk – zeer onwaarschijnlijk) acht u het dat [eiser] de vastgestelde klachten/symptomen heeft gekregen als gevolg van het verrichten van de werkzaamheden zoals genoemd in het tussenvonnis van 1 oktober 2021? Kunt u uw antwoord motiveren, mede onder verwijzing naar de literatuur?

2. zijn er op uw vakgebied klachten en afwijkingen die er ook zouden zijn geweest of op enig moment ook hadden kunnen ontstaan, als [eiser] de werkzaamheden bij Hefra zoals genoemd in het tussenvonnis van 1 oktober 2021 niet had verricht? Zo ja, kunt u een indicatie geven met welke mate van waarschijnlijkheid, op welke termijn en in welke omvang de klachten en afwijkingen dan hadden kunnen ontstaan?

3. welke diagnose(n) stelt u op uw vakgebied? Wilt u daarbij uw differentiaal diagnostische overwegingen geven?

4. is naar uw oordeel sprake van een onderlinge samenhang als het gaat om de informatie die is verkregen van [eiser] zelf, de feiten zoals die uit het medisch dossier naar voren komen en uw bevindingen bij onderzoek en eventueel hulponderzoek?

5. is er sprake van afwijkingen, aanleg, symptomen en/of andere factoren die reeds bestonden voor aanvang van de dienstbetrekking bij Hefra (2001)?

Zo ja, kunt u dit motiveren en aangeven welke beperkingen voor aanvang van de dienstbetrekking bij Hefra uit deze klachten en afwijkingen voortvloeiden en nu nog steeds uit deze klachten en afwijkingen voortvloeien? In hoeverre kunnen deze factoren/afwijkingen de huidige klachten/symptomen verklaren?

6. wilt u uw medische bevindingen ten aanzien van ontstaan en verloop van de klachten/afwijkingen en de (arbeids)omstandigheden voor, tijdens en na de dienstbetrekking bij Hefra in een tijdslijn uitzetten en de vraag beantwoorden in hoeverre een eventueel causaal verband gezien de samenhang in de tijd meer of minder waarschijnlijk is?

7. kunt u op basis van uw deskundigheid en met zoveel mogelijk onderbouwing met literatuur aangeven in welke mate de gestelde blootstelling aan risicofactoren in het werk in bedoelde periode bij Hefra heeft bijgedragen aan het ontstaan van de door u gestelde diagnose?

8. welke andere (medische of individu-gebonden) risicofactoren hebben redelijkerwijs een rol gespeeld in het ontstaan van de klachten en afwijkingen en in welke zin?

9. verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van de op uw vakgebied geconstateerde klachten en afwijkingen?

10. heeft u verder nog opmerkingen en aanvullingen die u voor de zaak van belang acht?

(... red. LSA LM)

ECLI:NL:RBROT:2022:4138