Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 210421 voorlopig deskundigenonderzoek; benoeming orthopedisch chirurg; vraagstelling cf IWMD met aanvulling tzv npo

RBROT 210421 voorlopig deskundigenonderzoek; benoeming orthopedisch chirurg; vraagstelling cf IWMD met aanvulling tzv npo

2. Het verzoek en het verweer

2.1
[verzoeker] heeft verzocht om bij beschikking een voorlopig deskundigenoordeel te bevelen, de deskundige te benoemen zoals genoemd onder punt 30 van het verzoekschrift en die deskundige te verzoeken om de vragen zoals genoemd onder punt 31 van het verzoekschrift te beantwoorden, een en ander met veroordeling van Rhenus in de kosten van de deskundige en de proceskosten.

2.2
Aan dat verzoek heeft [verzoeker] – zakelijk weergegeven en voor zover van belang –ten grondslag gelegd dat [verzoeker] op 8 september 2011 een bedrijfsongeval is overkomen als gevolg waarvan [verzoeker] (blijvend) letsel heeft opgelopen. [verzoeker] was op dat moment in de hoedanigheid van werknemer werkzaam bij Rhenus. Bij vonnis van 13 december 2019 onder zaaknummer 7854562 CV EXPL 19-27464 heeft de kantonrechter te Rotterdam voor recht verklaard dat Rhenus op grond van artikel 7:658 van het Burgerlijk Wetboek (nader te noemen: “BW”) aansprakelijk is voor de door [verzoeker] geleden en nog te lijden materiële en immateriële schade als gevolg van het bedrijfsongeval dat hem op 8 september 2011 is overkomen. Op basis van de huidige informatie is het niet mogelijk om een volledig sluitende schadebegroting te maken in verband met het feit dat onduidelijkheid bestaat over de ernst en de omvang van het letsel.

2.3
Rhenus concludeert primair tot afwijzing van het verzoek van [verzoeker] en subsidiair indien een deskundige benoemd moet worden dit de heer [persoon A] van het OEC te Amsterdam is, terwijl er dan over de vraagstelling nader overeenstemming bereikt moet worden, nadat de medisch adviseur van Rhenus de beschikking heeft gekregen over het volledige medische dossier.

2.4
Daartoe voert Rhenus – zakelijk weergegeven en voor zover van belang – aan dat hij zich niet kan verenigen met het beeld dat geschetst wordt door [verzoeker] . Vanaf het eerste moment heeft Rhenus getracht om deze kwestie op een minnelijke wijze op te lossen. Door het ontbreken van aanvullende medische informatie over de periode ná 2016, is de medisch adviseur van Rhenus niet in staat geweest om verder commentaar te geven op de vraagstelling zoals vermeld onder punt 31 van het verzoekschrift.

2.5
Op de overige stellingen van partijen wordt hierna – indien van belang voor de uitkomst van deze procedure – teruggekomen.

3. De beoordeling

3.1
Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de vraag of het verzoek van [verzoeker] om een orthopedisch deskundigenonderzoek te laten verrichten dient te worden toegewezen.

de te benoemen deskundige en de aan de deskundige voor te leggen vragen

3.2
Partijen hebben na de zitting overeenstemming bereikt over de persoon van de deskundige, te weten de heer drs. A.L. van der Zwan (orthopedisch chirurg). De heer drs. Van der Zwan zal daarom als deskundige worden benoemd.

3.3
Mede in aanmerking genomen hetgeen partijen omtrent de aan de deskundige voor te leggen vragen naar voren hebben gebracht en met inachtneming van de deskundigheid van de te benoemen deskundige, zullen de in het dictum vermelde vragen aan de deskundige ter beantwoording worden voorgelegd.

het voorschot

3.4
Partijen zijn door de griffier in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de door de deskundige opgestelde begroting van het voorschot. Beiden hebben geen bezwaar gemaakt tegen het door de deskundige begrote voorschot van € 5.082,00 inclusief btw. De kantonrechter ziet in hetgeen partijen naar voren hebben gebracht geen aanleiding om af te wijken van het wettelijk uitgangspunt van artikel 195 Rv, waarin is bepaald dat het voorschot op de kosten van de deskundige in beginsel door de verzoekende partij moet worden gedeponeerd. Dit voorschot zal daarom door [verzoeker] moeten worden betaald.

de medewerkingsplicht

3.5
De rechtbank wijst partijen erop dat zij wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing staat omschreven. Wordt aan één of meerdere van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan de rechtbank daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.

3.6
Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient deze daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.

3.7
Nu uit de reactie van Rhenus blijkt dat zij het verzoekschrift heeft ontvangen, zal de kantonrechter geen toezending op de voet van artikel 204 Rv bepalen.

de proceskosten

3.8
In de aard van de procedure ziet de kantonrechter aanleiding om de proceskosten te compenseren, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

4. De beslissing

De kantonrechter:

4.1
beveelt een onderzoek door een deskundige ter beantwoording van de volgende vragen:

1.De situatie met het ongeval

Anamnese

a. Hoe luidt de anamnese voor wat betreft de aard en de ernst van het letsel, het verloop van de klachten, de toegepaste behandelingen en het resultaat van deze behandelingen? Welke overige klachten en beperkingen op uw vakgebied worden desgevraagd gemeld? Wilt u in uw anamnese vermelden welke beperkingen op uw vakgebied de onderzochte aangeeft in relatie tot de activiteiten van het algemene dagelijks leven (ADL), loonvormende arbeid en het uitoefenen van hobby’s, bezigheden in recreatieve sfeer en zelfwerkzaamheid?

Medische gegevens

b. Wilt u op basis van het medisch dossier van de onderzochte een beschrijving geven van:
- De medische voorgeschiedenis van de onderzochte op uw vakgebied;
- De medische behandeling van het letsel van de onderzochte en het resultaat daarvan.

Medisch onderzoek

c. Wilt u een beschrijving geven van uw bevindingen bij lichamelijk en eventueel hulponderzoek? Wilt u, naar aanleiding van uw onderzoek bepalen of een neuropsychologisch onderzoek noodzakelijk is en zo ja, wilt u dan entameren en de resultaten van dit onderzoek in uw rapportage verwerken?

d. Wilt u, naar aanleiding van uw onderzoek, tevens bepalen of een orthopedisch onderzoek geïndiceerd is?

Consistentie

e. Is naar uw oordeel sprake van een onderlinge samenhang als het gaat om de informatie die is verkregen van de onderzochte zelf, de feiten zoals die uit het medisch dossier naar voren komen en uw bevindingen bij onderzoek en eventueel hulponderzoek?

f. Voor zover u de vorige vraag ontkennend beantwoordt, wilt u dan aangeven wat de reactie was van de onderzochte op de door u geconstateerde inconsistenties en welke conclusies u daaruit trekt?

Diagnose

g. Wat is de diagnose op uw vakgebied? Wilt u daarbij uw differentiaaldiagnostische overweging geven?

Beperkingen

h. Welke beperkingen op uw vakgebied bestaan naar uw oordeel bij de onderzochte in zijn huidige toestand, ongeacht of de beperkingen voortvloeien uit het ongeval? Wilt u deze beperkingen zo uitgebreid mogelijk beschrijven, op semi-kwantitatieve wijze weergeven in een beperkingenformulier en zo nodig toelichten ten behoeve van een eventueel in te schakelen arbeidsdeskundige?

Medische eindsituatie

i. Acht u de huidige toestand van de onderzochte zodanig dat een beoordeling van de blijvende gevolgen van het ongeval mogelijk is, of verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van het op uw vakgebied geconstateerde letsel?

j. Zo ja, welke verbetering of verslechtering verwacht u?

k. Kunt u aangeven op welke termijn en in welke mate u die verbetering dan wel verslechtering verwacht?

l. Kunt u aangeven welke gevolgen deze verbetering dan wel verslechtering zal hebben voor de beperkingen (als bedoeld in vraag 1h)?

2.De situatie zonder ongeval

Meestal zal het niet mogelijk zijn om onderstaande vragen (met name de vragen 2c - 2e) met zekerheid te beantwoorden.

Van u wordt ook niet gevraagd zekerheid te bieden. Wel wordt gevraagd of u vanuit uw kennis en ervaring op uw vakgebied uw mening wilt geven over kansen en waarschijnlijkheden. Het is dus de bedoeling dat u aangeeft wat u op grond van uw deskundigheid op uw vakgebied op deze vragen kunt antwoorden.

Klachten, afwijkingen en beperkingen voor ongeval

a. Bestonden vóór het ongeval bij de onderzochte reeds klachten en afwijkingen op uw vakgebied die de onderzochte thans nog steeds heeft?

b. Zo ja, kunt u dan aangeven welke beperkingen uit deze klachten en afwijkingen voortvloeiden en thans nog steeds uit deze klachten en afwijkingen voortvloeien?

Klachten, afwijkingen en beperkingen zonder ongeval

c. Zijn er op uw vakgebied klachten en afwijkingen die er ook zouden zijn geweest of op enig moment ook hadden kunnen ontstaan, als het ongeval de onderzochte niet was overkomen?

d. Zo ja (dus zonder ongeval ook klachten), kunt u dan een indicatie geven met welke mate van waarschijnlijkheid, op welke termijn en in welke omvang de klachten en afwijkingen dan hadden kunnen ontstaan?

e. Kunt u aangeven welke beperkingen uit deze klachten en afwijkingen zouden zijn voortgevloeid?

f. Verwacht u in de toekomst nog een belangrijke verbetering of verslechtering van de op uw vakgebied geconstateerde niet ongevalgerelateerde klachten en afwijkingen?

g. Zo ja, welke verbetering of verslechtering verwacht u?

h. Kunt u aangeven op welke termijn en in welke mate u die verbetering dan wel verslechtering verwacht?

i. Kunt u aangeven welke gevolgen deze verbetering dan wel verslechtering zal hebben voor de beperkingen (als bedoeld in vraag 2e)?

3.Slotvraag

Heeft u naar aanleiding van uw bevindingen, binnen uw vakgebied en in het kader van de aan u verstrekte opdracht, punten die u nog naar voren wilt brengen?;

4.2
benoemt tot deskundige:

de heer drs. A.L. van der Zwan (orthopedisch chirurg),
ECLI:NL:RBROT:2021:4536