Overslaan en naar de inhoud gaan

RBDHA 231122 Staat moet schadevergoeding betalen aan slachtoffers van bombardement Afghaans woningcomplex tijdens slag om Chora

RBDHA 231122 Staat moet schadevergoeding betalen aan slachtoffers van bombardement Afghaans woningcomplex tijdens slag om Chora

1
De zaak in het kort

1.1.
Deze zaak gaat over het bombardement van een Afghaanse quala (een ommuurd wooncomplex) tijdens de slag om Chora medio juni 2007. Het staat vast dat Nederland verantwoordelijk is voor dit bombardement. De rechtbank beantwoordt in deze zaak de vraag of de Staat ook aansprakelijk en schadeplichtig is ten aanzien van eisers, die ten tijde van het bombardement in deze quala woonden en/of nabestaande zijn van een bewoner van deze quala.

Eisers stellen dat bij het bombardement onder meer het beginsel van onderscheid in de zin van het internationaal humanitair oorlogsrecht (IHR) is geschonden. Dat brengt met zich mee dat de quala – een burgerobject – alleen mocht worden gebombardeerd als deze ten tijde van het bombardement een militair doel was of als zodanig mocht worden aangemerkt.

De rechtbank concludeert dat de Staat niet concreet genoeg heeft onderbouwd dat er ten tijde van het bombardement op de quala voldoende gegevens waren op grond waarvan een reasonable commander deze quala als militair doel zou mogen aanmerken. Daarmee heeft de Staat de stelling van eisers dat het bombardement van de quala in strijd was met het beginsel van onderscheid uit het IHR onvoldoende gemotiveerd weersproken. Dit heeft tot gevolg dat het bombardement op deze quala als onrechtmatig moet worden beschouwd.

De rechtbank verwerpt het beroep op verjaring van de Staat en oordeelt voorts dat de Staat in deze zaak geen uit artikel 2 EVRM voortvloeiende onderzoeksplicht heeft. ECLI:NL:RBDHA:2022:12424