Rb Arnhem 041109 tak met plakoksel valt van boom, geen sprake van onzorgvuldig handelen
- Meer over dit onderwerp:
Rb Arnhem 041109 tak met plakoksel valt van boom, geen sprake van onzorgvuldig handelen
2.2. Kort gezegd heeft de deskundige in zijn aanvullende rapport geschreven dat de leeftijd van de onderhavige plakoksel in 2008 zo’n 25 tot 30 jaar oud was. Gemiddeld genomen begint pas na 10 tot 15 jaar gevaar voor uitbreken te ontstaan, in dit geval bestond dat gevaar dus ergens vanaf 1985-1990. In de periode van 1984 tot en met 2000 zijn 4 zware stormen over Nederland getrokken, te weten op 14 januari 1984, 25 januari 1990, 3 december 1999 en 28 mei 2000. Dat de onderhavige tak niet tijdens een van de eerdere stormen is uitgebroken wijt de deskundige eraan dat de boom tijdens de (zomer)storm op 28 mei 2000 vol in blad stond en dus meer luchtweerstand had. Verder betreft het een boom in een bosstrook, waardoor de stabiliteit van de boom niet alleen van het individu komt maar een groot deel van de mechanische weerstand samen met de andere bomen uit de strook wordt verwerkt. Bij extreme belasting zoals de storm in mei 2000 bezwijken eerst de mechanisch zwakke bomen. Door kroonverankering – waarbij de gevaarlijke tak met behulp van een kunstvezelkabel aan de hoofdstam wordt verbonden – wordt de tak, wanneer deze toch zou afscheuren, afgevangen waardoor schade wordt voorkomen. De kosten daarvan variëren van - exclusief BTW - € 752,63 voor een standaard tak tot € 859,17 voor een zware tak. Kroonverankering wordt in Nederland niet veel toegepast - voornamelijk bij monumentale bomen op bijzondere locaties - met name vanwege de kosten. Zouden alle takken met plakoksels van een dergelijke verankering worden voorzien dan zou dat alleen al binnen de gemeente Renkum een kostenpost meebrengen die voornoemde bedragen met een veelvoud overschrijdt. Verder wijst de deskundige er nogmaals op dat met verankering van alle plakoksels geen garantie is verkregen dat welke schade dan ook tijdens een (zomer)storm wordt voorkomen: als de belasting maar hoog genoeg is breken ook goed aangehechte takken uit.
2.3. [eiser] heeft in zijn laatste conclusie betoogd, kort samengevat, dat gelet op het verhoogde risico op afscheuren van takken met een plakoksel, van de provincie in het kader van de in acht te nemen zorgvuldigheid mocht worden gevergd dat zij alle takken met een plakoksel die potentieel gevaar opleverden, van een kroonverankering had voorzien dan wel de betreffende bomen preventief had geveld. De kosten van verankering en esthetische argumenten bij het vellen van bomen wegen onvoldoende op tegen het risico op ernstige schade zoals die zich bij [eiser] heeft verwezenlijkt, aldus [eiser].
2.4. De rechtbank zal de voorliggende vraag naar het al dan niet zorgvuldig handelen van de provincie beoordelen tegen de achtergrond van de beide deskundigenberichten. Daarbij gaat het, zoals de rechtbank al eerder heeft overwogen, om een door de provincie in acht te nemen zorgvuldigheidsnorm die strekt tot bescherming tegen al te gevaarlijke situaties waaruit schade aan personen en zaken kan voortvloeien. De concrete invulling van de zorgvuldigheidsnorm in dit geval is afhankelijk van de mate van waarschijnlijkheid dat een tak met een plakoksel afscheurt, de hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan, de ernst die de gevolgen daarvan kunnen hebben en de mate van bezwaarlijkheid van de te nemen veiligheidsmaatregelen.
2.5. De rechtbank stelt voorop dat de aanwezigheid van bomen op zichzelf reeds risico’s met zich brengt. Ook gezonde bomen en takken zonder enig (mechanisch) gebrek kunnen (bij (zware) storm) immers omvallen, afbreken of afscheuren en daardoor met mensen of zaken in aanraking komen waardoor (letsel)schade kan worden veroorzaakt, zonder dat daarvan enig verwijt valt te maken aan degene die verantwoordelijk is voor het beheer en onderhoud van die bomen. Zoals de deskundige dat kernachtig heeft weergegeven: leven met bomen is leven met risico’s.
2.6. Die risico’s zijn groter wanneer het gaat om een tak met een plakoksel. Dit betreft een mechanisch gebrek waardoor, vanwege een slechtere aanhechting van de tak met de boom, een verhoogd risico op uitbreken van de tak bestaat. De deskundige benadrukt echter meermalen in zijn rapporten dat het zeker niet zo is dat takken met plakoksels altijd uitbreken en goede takken altijd blijven zitten. Zo is hij bekend met zeer oude beuken met zware plakoksels die nog steeds overeind staan. De deskundige heeft er in zijn rapport verder nog op gewezen dat bij de zware (zomer)storm van 28 mei 2000 (de zwaarste sinds 140 jaar) ook gezonde takken zijn afgebroken, terwijl takken met een plakoksel zijn blijven zitten. De rechtbank leidt hieruit af dat hoewel - gelet op de slechtere aanhechting - het risico op het afscheuren van een tak met een plakoksel groter is dan bij een tak zonder dit gebrek, in de praktijk blijkt dat de mate van waarschijnlijkheid dat een tak met een plakoksel daadwerkelijk afscheurt niet zonder meer wezenlijk groter is dan bij een tak zonder dat gebrek. Zoals gezegd: gezonde takken scheuren bij een storm soms af waar gebrekkige takken met een plakoksel blijven zitten. Zoals uit het eerste deskundigenbericht blijkt zijn er vele volwassen bomen (met name beuken) die behept zijn met ‘vergeten’ plakoksels, dat wil zeggen plakoksels die bij de zogenaamde jeugdbegeleidingssnoei niet zijn weggenomen. Om het risico op uitbreken daarvan geheel te voorkomen zou “een groot deel van het bomenbestand langs wegen, in steden en langs bospaden (waaronder veel beuken, beukenlanen, maar ook andere bomen van andere soorten) moeten worden verwijderd”. Uit het tweede rapport volgt dat kroonverankering een mogelijkheid is om de risico’s van uitbreken te beperken, maar daaruit volgt ook dat de kosten van grootschalige kroonverankering (want bij alle takken met plakoksels van bomen uit het hiervoor bedoelde bomenbestand) hoog gaan oplopen. De bezwaarlijkheid van die voorzorgsmaatregelen is daarmee onevenredig groot tegenover de risico’s verbonden aan de gevaarlijkheid van de gemiddelde vergeten plakoksel. Aangenomen moet worden dat er een in brede maatschappelijke kring erkend zwaarwegend belang is van het met het oog op de kwaliteit van leefomgeving en natuurbehoud instandhouden van het hiervoor bedoelde bomenbestand. Als de kosten van kroonverankering als veiligheidsmaatregel heel hoog gaan oplopen zodat beheerders van bomenbestanden die kosten niet langer kunnen dragen, zouden de veiligheidsmaatregelen op grootschalige kap uitdraaien. Op grond van het voorgaande oordeelt de rechtbank dan ook dat de relatief geringe mate van waarschijnlijkheid dat een tak met een plakoksel - in vergelijking met een gezonde tak - afscheurt, afgezet tegen de kostbaarheid en ingrijpendheid van de te treffen veiligheidsmaatregelen, de door de provincie bij het beheer van haar bomenbestand in acht te nemen zorgvuldigheidsnorm niet met zich brengt dat zij met betrekking tot alle takken met plakoksels maatregelen ter voorkoming van het afscheuren van die takken (kroonverankering of kappen) had moeten treffen.
2.7. De vraag die dan voorligt is of de provincie met betrekking tot de tak die op de auto van (de vader van) [eiser] is gevallen, wel maatregelen ter voorkoming van afscheuren van die tak had moeten treffen. De rechtbank beantwoordt die vraag ontkennend. Uit het deskundigenbericht volgt niet dat de onderhavige tak in vergelijking met andere takken met plakoksels een groter risico op afscheuren had. Integendeel, deze tak had, zo volgt uit het deskundigenbericht, alle eerdere zware stormen overleefd. Doordat de bewuste boom langs de rijbaan stond was de kans op ernstige schade bij afscheuren van de tak uiteraard reëel. Feit is echter dat, zo volgt uit het deskundigenbericht, veel bomen (beuken) in de omgeving van wegen en paden plakoksels hebben. Dat de onderhavige boom ten opzichte van die andere bomen (beuken) met plakoksels een groter risico op ernstige schade met zich bracht, is niet gebleken. Nu kortom niet gezegd kan worden dat deze specifieke tak met plakoksel ten opzichte van andere takken met plakoksels een groter gevaar vormde, geldt ook voor deze tak (en boom) dat van de provincie niet kon worden gevergd dat zij maatregelen nam ter voorkoming van het afscheuren van de tak. De conclusie is dan ook dat er geen sprake is van onzorgvuldig handelen van de provincie. Veeleer gaat het hier om een (zeer) ongelukkige samenloop van omstandigheden dat [eiser] zich nu juist tijdens een (uitzonderlijke) zomerstorm op de betreffende locatie begaf. De vorderingen van [eiser] zullen worden afgewezen. LJN BK3988