Overslaan en naar de inhoud gaan

RBGEL 251022, 100123, 080223 perikelen rond te benoemen deskundige tzv aansprakelijkheid plastisch chirurg, vraagstelling

RBGEL 251022100123080223 perikelen rond te benoemen deskundige tzv aansprakelijkheid plastisch chirug, vraagstelling

2
De beoordeling

2.1.
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de kantonrechter een voorlopig deskundigenbericht zal bevelen.

2.2.
Rijnstate c.s. heeft verweer gevoerd. Het verweer ziet op de inhoudelijke stellingen van [verzoekende partij] . Deze zijn in de onderhavige procedure echter niet aan de orde.
Rijnstate c.s. verzet zich niet tegen de inwilliging van het verzoek tot benoeming van een deskundige. Het verzoek, dat op de wet is gegrond, kan daarom worden toegewezen.

2.3.
Partijen hebben te kennen gegeven het eens te zijn over de te benoemen deskundige. Zij wensen plastisch chirurg dr. [deskundige] als deskundige te laten benoemen. In het verzoekschrift hebben partijen aangegeven dat bedoelde deskundige werkzaam is bij het [ziekenhuis+plaats 1] . Tijdens de mondelinge behandeling hebben zij aangegeven dat hij werkzaam is bij het [ziekenhuis+plaats 2] . De griffier heeft om die reden in eerste instantie contact opgenomen met het [ziekenhuis+plaats 2] . Zij gaven echter aan dat de gewenste deskundige niet meer bij hen werkzaam is. Nadere informatie konden zij niet verstrekken. Vervolgens heeft de griffier contact opgenomen met het [ziekenhuis+plaats 1] . Zij bevestigden dat de gewenste deskundige daar werkzaam is geweest in het kader van een waarneming. Inmiddels is hij echter ook daar niet meer werkzaam. Desgevraagd werd te kennen gegeven dat ook zij geen nadere informatie konden verstrekken over of en zo ja waar hij thans werkzaam is. Ook een onderzoek op internet heeft geen actuele werkplaats of contactgegevens van de gewenste deskundige opgeleverd.

2.4.
De kantonrechter stelt partijen daarom in de gelegenheid de juiste werkplek van de gewenste deskundige dan wel zijn contactgegeven door te geven. Mochten partijen daar niet over beschikken, geeft de kantonrechter partijen in overweging om in onderling overleg tot het voorstellen van aan andere deskundige te komen, onder verstrekking van de gegevens van deze deskundige. ECLI:NL:RBGEL:2022:6200


RBGEL 100123 door partijen voorgestelde deskundige geeft aan niet beschikbaar te zijn; uitlating over andere deskundige

2
De beoordeling

2.1.
De kantonrechter blijft bij hetgeen in de tussenbeschikking van 25 oktober 2022 is overwogen.

2.2.
Partijen hebben te kennen gegeven het eens te zijn over de te benoemen deskundige. Zij wensen plastisch chirurg dr. [deskundige 1] als deskundige te laten benoemen. De kantonrechter heeft partijen bij tussenbeschikking van 25 oktober 2022 in de gelegenheid gesteld de juiste werkplek van de gewenste deskundige dan wel zijn contactgegevens door te geven. De gemachtigde van [verzoekende partij] heeft daarop per mail van 1 november 2022 bericht dat dr. [deskundige 1] werkzaam is bij het [ziekenhuis] .

2.3.
De griffier heeft op 29 november 2022 telefonisch contact gehad met de secretaresse van dr. [deskundige 1] . Zij heeft bevestigd dat hij specialist is op het terrein van de plastische chirurgie met name met betrekking tot borstreconstructies. Vervolgens is via een e-mailbericht contact gelegd met dr. [deskundige 1] . Namens hem is per mail van 2 januari 2023 bericht dat hij niet bereid is in deze zaak als deskundige op te treden. Daarbij is te kennen gegeven dat professor [deskundige 2] , werkzaam bij het UMC Groningen, mogelijk als deskundige op zou kunnen treden.

2.4.
De kantonrechter stelt partijen daarom in de gelegenheid om zich uit te laten over de benoeming van een andere deskundige. De kantonrechter geeft daarbij in overweging om in onderling overleg tot het voorstellen van een andere deskundige te komen, onder verstrekking van de gegevens van deze deskundige. ECLI:NL:RBGEL:2023:532


RBGEL 080223 Verzoek deskundigenbericht; tussenbeschikking in verband met voorschot

2
De beoordeling

2.1.
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de kantonrechter een voorlopig deskundigenbericht zal bevelen.

2.2.
Rijnstate c.s. heeft verweer gevoerd. Het verweer ziet op de inhoudelijke stellingen van [verzoekende partij] . Deze zijn in de onderhavige procedure echter niet aan de orde.
Rijnstate c.s. verzet zich niet tegen de inwilliging van het verzoek tot benoeming van een deskundige. Het verzoek, dat op de wet is gegrond, kan daarom worden toegewezen.

2.3.
De kantonrechter is voornemens als deskundige te benoemen de heer prof. dr. [deskundige] .

2.4.
De vragen die onder de verzochte disclosure statement vallen zijn gebruikelijk in dit soort zaken, maar behoren in feite voorafgaand aan de benoeming van de deskundige gesteld te worden nu het gaan om het vaststellen van de deskundigheid en onpartijdigheid van de deskundige. Logischerwijs wordt dit vooraf onderzocht en niet pas na de benoeming. Dit heeft de kantonrechter dan ook gedaan. De griffier heeft op 3 februari 2023 per e-mail contact gehad met de deskundige. Hij heeft bevestigd dat hij specialist in op het terrein van de plastische chirurgie met name met betrekking tot borstreconstructies, vrij staat ten aanzien van partijen en bereid is het deskundigenonderzoek te doen. Het verzoek om de deskundige op te dragen eerst de vragen uit het disclosure statement te beantwoorden wordt daarom afgewezen.

2.5.
De deskundige heeft aangegeven het voorschot te begroten op € 3.500,00 inclusief btw. De kantonrechter ziet geen aanleiding om af te wijken van het uitgangspunt van de wet dat het voorschot op de kosten van de deskundige in beginsel door de verzoekende partij moet worden gedeponeerd. Rijnstate c.s. betwist immers dat zij fouten heeft gemaakt en wijst elke aansprakelijkheid van de hand, zodat in dit stadium van de procedure geen aanleiding bestaat aan te nemen dat Rijnstate c.s. aansprakelijk gehouden kan worden. Dit voorschot zal daarom door [verzoekende partij] moeten worden betaald.

2.6.
Aan de deskundige zullen de volgende vragen worden voorgelegd:
a. Heeft de plastisch chirurg naar uw oordeel pre-operatief, per-operatief of postoperatief onzorgvuldig gehandeld in de zin dat zij niet heeft gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot onder dezelfde omstandigheden had verwacht mogen worden?
b. Kunt u aangeven of er naar uw oordeel sprake geweest van onzorgvuldig handelen door het verpleegkundig personeel, zowel na de eerste als na de tweede operatie van betrokkene, in de zin dat zij niet hebben gehandeld zoals van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot onder dezelfde omstandigheden mag worden verwacht?
c. Indien u van oordeel bent dat u deze vraag niet kunt beantwoorden, omdat het niet op uw vakgebied ligt, kunt u deze vraag dan aan een deskundige voor te leggen wiens vakgebied dit wel betreft en diens antwoord in uw rapportage verwerken?
d. Is er naar uw oordeel sprake geweest van een onjuist beleid met betrekking tot de antistolling en het gebruik van tamoxifen? Zo ja, wat had volgens u dan wel het beleid moeten zijn? Indien er over dit onderwerp medisch wetenschappelijk uiteenlopende opvattingen bestaan, kunt u dan in hoofdlijnen uiteenzetten in welk opzicht de meningen uiteenlopen? Kunt u dan aangeven welke uw eigen opvatting is?
e. Bent u van mening dat er sprake is geweest van onzorgvuldig handelen aangaande de gegeven instructies en/of het gebruik van de VAC? Heeft het feit dat de pomp enige tijd buiten werking is geweest ertoe geleid dat er medische schade is ontstaan die anders niet door betrokkene zou zijn geleden? - Indien er over bovengenoemde onderwerpen medisch-wetenschappelijk uiteenlopende opvattingen bestaan, kunt u dan bij de beantwoording van de vragen in hoofdlijnen uiteenzetten in welk opzicht de meningen uiteenlopen? Kunt u dan aangeven welke uw eigen opvatting is? - Indien u meent dat van onzorgvuldig handelen sprake is, wilt u dan zo uitvoerig en gemotiveerd mogelijk aangeven waaruit dit onzorgvuldig handelen bestaat en hoe wel gehandeld had moeten worden? Wilt u bij uw antwoord zo mogelijk relevante literatuur vermelden?

Indien u van mening bent dat sprake is geweest van medisch handelen, dat niet zorgvuldig is in de zin dat een redelijk bekwaam vakgenoot anders zou hebben gehandeld:
f. Hoe luidt de anamnese voor wat betreft de aard en de ernst van het letsel, het verloop van de klachten, de toegepaste behandelingen en het resultaat van deze behandelingen?
g. Kunt u een actuele inventarisatie van de medische voorgeschiedenis van betrokkene op uw vakgebied vermelden?
h. Kunt u bij uw antwoord op de vragen onder f. en g. aangeven welke gegevens u ontleent aan het relaas van betrokkene en welke u ontleent aan onderzoek van door de u verkregen medische gegevens?
i. Wat zijn uw bevindingen bij lichamelijk en eventueel hulponderzoek?
j. Wat is de diagnose op uw vakgebied?
k. Kunt u de door betrokkene aangegeven klachten en beperkingen verklaren op basis van uw onderzoeksbevindingen?
l. Wat zijn naar uw mening de gevolgen voor patiënte op uw vakgebied van dit door u aangegeven onzorgvuldig medisch handelen? Wilt u deze gevolgen en eventuele functionele beperkingen op uw vakgebied zo concreet mogelijk weergeven en zo mogelijk uitdrukken in een percentage blijvende functionele invaliditeit met inachtneming van de laatste editie van de AMA-Guide en eventueel toepasselijke richtlijnen? Wilt u zo nauwkeurig mogelijk omschrijven hoe het totale percentage is opgebouwd.
m. Wat zijn naar uw mening de gevolgen en beperkingen op uw vakgebied die ook bij adequaat medisch handelen zouden zijn opgetreden? Wilt u deze gevolgen en eventuele functionele beperkingen op uw vakgebied zo concreet mogelijk weergeven en zo mogelijk uitdrukken in een percentage blijvende functionele invaliditeit met inachtneming van de laatste editie van de AMA-Guide en eventueel richtlijnen? Wilt u zo nauwkeurig mogelijk omschrijven hoe het totale percentage is opgebouwd.
n. Is er een kans dat ook bij zorgvuldig handelen de door u vastgestelde restverschijnselen bij patiënte zouden zijn opgetreden? Zo ja, wilt u gemotiveerd aangeven hoe groot u die kans acht en indien mogelijk uitdrukken in een percentage, eventueel rekening houdend met een marge? Indien het niet mogelijk is een percentage te noemen, wilt u deze kans dan uitdrukken in één van de volgende termen: zeker, zeer groot, groot, klein, zeer klein, verwaarloosbaar klein? Wilt u bij uw antwoord op deze vraag zo mogelijk relevante literatuur vermelden?
o. Is er thans sprake van een medische eindtoestand? Zo nee, verwacht u nog een verbetering dan wel een verslechtering ten opzichte van de huidige toestand? En op welke termijn is een medische eindtoestand te verwachten en waar is dit eventueel van afhankelijk?
p. Heeft u naar aanleiding van uw bevindingen nog opmerkingen die relevant kunnen zijn voor het verdere verloop van deze zaak?

2.7.
Alvorens tot benoeming van de deskundige over te gaan worden partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de hoogte van het voorschot zoals hiervoor onder 2.5. is weergegeven. ECLI:NL:RBGEL:2023:1000