Rb Haarlem 010409 Corus slaagt niet in leveren tegenbewijs tegen aangenomen asbestblootstelling
- Meer over dit onderwerp:
Rb Haarlem 010409 Corus niet geslaagd in leveren tegenbewijs tegen voorshands aangenomen asbestblootstelling.
De kantonrechter heeft in het tussenvonnis van 19 maart 2008 Corus
toegelaten tot het leveren van het tegenbewijs tegen de voorshands
bewezen stelling van [eiser], dat hij tijdens zijn dienstverband bij
Corus in de periode van 31 mei 1965 tot 1 maart 1976 is blootgesteld
aan asbest.
Corus heeft daartoe een tweetal getuigen doen horen te weten de heer
[XXX], werknemer van Corus en de heer dr. J.G.M. van Rooij. Zij hebben
verklaard overeenkomstig de processen verbaal die van die beide
verhoren zijn opgemaakt.
Uitleg bewijsopdracht
Corus heeft allereerst betoogd dat de bewijsopdracht aldus moet worden
uitgelegd dat het moet gaan om een relevante blootstelling aan asbest
tijdens het dienstverband bij Corus. Zij verwijst daarvoor naar de
achtergrondwaarde die op alle plaatsen (in verhoogde concentratie in
stedelijke gebieden) aanwezig is.
[eiser] heeft daartegenover gewezen op het reeds vaststaande gegeven
dat er ten aanzien van het mesothelioomrisico geen drempelwaarde is
vast te stellen.
Hieromtrent is de kantonrechter van oordeel dat een redelijke uitleg
van het probandum meebrengt dat Corus tegenbewijs moet leveren tegen de
voorshands bewezen stelling dat de blootstelling aan asbest tijdens
zijn dienstverband bij Corus in relevante mate uitging boven de
milieublootstelling zoals deze als gemiddelde waarde in de
omgevingslucht in die periode aanwezig is.
Beoordeling van het tegenbewijs
Uitgaande van deze uitleg dient thans de vraag te worden beantwoord of
Corus met de beide getuigenverklaringen het bewijs, zoals dat tot het
eerdere tussenvonnis voorhanden was en door de kantonrechter bij zijn
eerdere oordeel is betrokken en meegewogen, heeft ontzenuwd.
Naar het oordeel van de kantonrechter dient die vraag ontkennend te
worden beantwoord. Daartoe wordt het volgende overwogen. (...)
Ten aanzien van hetgeen Corus bij conclusie na enquête nog heeft
gesteld met betrekking tot het geringere gevaar bij het gebruik van wit
asbest merkt de kantonrechter op dat die stellingen niet tot een andere
bewijsbeoordeling leiden. Verwezen wordt daaromtrent naar hetgeen
daarover in het vonnis van 19 maart 2008 is overwogen. LJN BI1010