Overslaan en naar de inhoud gaan

Hof Arnhem 020310 huishoudelijke hulp door echtgenote (huisarts) tussen 17:30-18:30 waardoor controlebezoeken gemist; 15 dagen x 7 uur

Hof Arnhem 020310 huishoudelijke hulp door echtgenote (huisarts) tussen 17:30-18:30 waardoor controlebezoeken gemist; 15 dagen x 7 uur
2.17  Met de tweede grief in het principaal appel komt [appellant] op tegen de afwijzing door de rechtbank (rov. 6 van het eindvonnis van 14 december 2005) van de gevorderde vergoeding ad € 486,- wegens de 15 door zijn echtgenote, die huisarts is, gemiste controlebezoeken in de periode van 13 januari tot 3 mei 2002, welke zij niet kon afleggen omdat zij, vanwege het vertrek van de gezinshulp om 17.30 uur, vanaf die tijd thuis moest zijn, terwijl zij dergelijke bezoeken tussen 17.30 uur en 18.30 uur placht af te leggen. Nu [appellant] daartoe wegens zijn letsel niet in staat was om de zorg voor de vier kinderen van het gezin, toen in de leeftijd van een half tot vijf jaar, op zich te nemen, moest zijn echtgenote daartoe om 17.30 uur thuis zijn (zie de inleidende dagvaarding onder 5.2 en de verklaring van [appellant] aan CED Forensic van 25 juli 2002).

2.18  De rechtbank heeft dat deel van de vordering van [appellant] afgewezen op grond dat [appellant] niet nader heeft onderbouwd dat die schade als door hem geleden dient te worden aangemerkt.

2.19  Artikel 6:107 BW maakt mogelijk dat de gekwetste vergoeding van de kosten vordert die derden anders dan krachtens verzekering voor de gekwetste hebben gemaakt en die hij, zou hij ze zelf hebben gemaakt, van de aansprakelijke zou hebben kunnen vorderen. Omzetschade althans winstderving van de echtgenote als huisarts valt daar niet onder, zodat de rechtbank in zoverre dit deel van de vordering van [appellant] terecht heeft afgewezen.
In de zich hier voordoende feitelijke situatie, zoals door [appellant] gesteld en door Tourclub Rijssen niet bestreden, gaat het er echter om dat die echtgenote haar tijd vrij heeft gemaakt voor de verzorging van de kinderen en aldus onbetaald huishoudelijke hulp heeft verleend. De noodzaak bestond daartoe in het bijzonder omdat [appellant] buiten staat was zijn jongste dochter van een half jaar oud te tillen, reden waarom hij voor 20 uur per week in die periode gezinshulp heeft gekregen. In HR 5 december 2008, LJN: BE9998, NJ 2009, 387, is aanvaard dat in geval van letselschade de kosten van huishoudelijke hulp door de aansprakelijke persoon aan de benadeelde moeten worden vergoed indien deze ingevolge het letsel niet in staat is de betreffende werkzaamheden zelf te verrichten, voor zover het gaat om werkzaamheden waarvan het in de situatie waarin het slachtoffer verkeert normaal en gebruikelijk is dat zij worden verricht door professionele, voor hun diensten gehonoreerde dienstverleners. Het hof oordeelt dat dit laatste zich hier voordoet, aangezien het in een huisartsengezin met kinderen als het onderhavige normaal en gebruikelijk moet worden geacht dat betaalde professionele hulp wordt ingeschakeld voor de huishoudelijke en verzorgende taken die anders door de benadeelde werden verricht. Dat is in feite voor de periode tot 17.30 uur ook geschied. Was die gezinshulp tot 18.30 uur aangeboden, dan zou het normaal en gebruikelijk zijn geweest dat [appellant] en zijn echtgenote die betaalde gezinshulp hadden ingeschakeld op de dagen dat de huisartswerkzaamheden tot 18.30 uur moesten worden voortgezet. Nu op het gewenste uur geen gezinshulp kon worden geboden, zal de schade begroot worden op de kosten van een oppas voor dat jongste kind. Het hof begroot deze op € 7,- per uur, conform de door de rechtbank over een eerdere periode toegewezen kosten voor kinderoppas. Onvoldoende betwist, althans gestaafd door productie 5 bij akte van 5 oktober 2005, is dat het om 15 dagen gaat, zodat een bedrag van € 105,- alsnog toewijsbaar moet worden geoordeeld.
LJN BL7129