RBGEL 131119 kosten niet begroot, verzoeken hadden geen kans van slagen
- Meer over dit onderwerp:
RBGEL 131119 verzoek medewerking aan goede en zorgvuldige behandeling zaak, vergoeding kosten bewijsvergaring en voorschot afgewezen;
- kosten niet begroot, verzoeken hadden geen kans van slagen
2.14.
Afwijzing van de verzoeken van [naam verzoeker] staat in beginsel niet in de weg aan een begroting van de kosten van dit deelgeschil op de voet van artikel 1019aa lid 1 Rv. Bij de begroting moeten alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking worden genomen, met toepassing van de zogenaamde dubbele redelijkheidstoets: het dient redelijk te zijn dat deze kosten zijn gemaakt en de hoogte van de kosten dient eveneens redelijk te zijn. Begroting van de kosten kan slechts achterwege blijven indien het maken van proceskosten niet redelijk wordt geoordeeld in de zin van artikel 6:96 lid 2 BW, bijvoorbeeld omdat de deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld (TK 2007-2008, 31518, nr. 3, p. 12). In dit geval heeft [naam verzoeker] verzoeken gedaan die dusdanig breed zijn geformuleerd dat toewijzing niet tot een concrete verplichting zal leiden en dat deze reeds om die reden niet voor toewijzing in aanmerking komen. Daarbij staan de feiten die voor beoordeling nodig zijn niet vast, terwijl duidelijk is dat in een deelgeschil voor de benodigde bewijslevering geen plaats is. In deze omstandigheden had [naam verzoeker] duidelijk moeten zijn dat de verzoeken geen kans van slagen hadden en had daarvan moeten worden afgezien. De met het deelgeschil gemoeide kosten kunnen daarom niet als redelijk worden beoordeeld in de zin van artikel 6:96 lid 2 BW. De kosten van de behandeling van het verzoek komen derhalve niet voor vergoeding in aanmerking, waardoor de begroting achterwege kan blijven. ECLI:NL:RBGEL:2019:5835