RBGEL 190820 verzocht en begroot, niet toegewezen: 20,10 uur x € 270,00 + 3,80 uur x 225,00 + 6 % + 21 %
- Meer over dit onderwerp:
RBGEL 190820 Ongeval turnles; of door trainer/turnvereniging voldoende veiligheidsmaatregelen zijn genomen kan, zonder nader onderzoek, niet worden vastgesteld
- verzocht en begroot, niet toegewezen: 20,10 uur x € 270,00 + 3,80 uur x 225,00 + 6 % + 21 %
Kosten deelgeschil
2.27.
[verzoekers] heeft verzocht (na aanpassing met de aan de zitting bestede uren) op de voet van artikel 1019aa lid 1 Rv € 8.057,30 aan advocaatkosten te begroten; 20,10 uur van mr. Jansen tegen een uurtarief van € 270,00 en 3,80 uur van mr. Kootkar tegen een uurtarief van € 225,00, dit alles vermeerderd met 6 % kantoorkosten en 21 % btw.
2.28.
Sparta c.s. voert aan dat het verzoek tot vaststelling van aansprakelijkheid moet worden afgewezen, waardoor ook het verzoek tot veroordeling in de kosten moet worden afgewezen.
2.29.
Artikel 1019aa Rv bepaalt dat de rechter in de beschikking de kosten begroot die gemoeid zijn met de behandeling van het verzoek aan de zijde van de persoon die schade door dood of letsel lijdt en dat de rechter daarbij alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking neemt. Daarbij geldt een dubbele redelijkheidstoets: het dient redelijk te zijn dat deze kosten zijn gemaakt en de hoogte van deze kosten dient eveneens redelijk te de zijn (MvT, Kamerstukken II, 2007-2008, 31 518, nr. 3, p. 18). Dit betekent dat de kosten niet voor begroting en vergoeding in aanmerking komen indien de deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld.
2.30.
De rechtbank overweegt dat afwijzing van het verzoek van [verzoekers] niet in de weg staat aan een begroting van de kosten van dit deelgeschil en is van oordeel dat de onderhavige deelgeschilprocedure niet volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld. De rechtbank acht een totale tijdsbesteding van 23,90 uur niet bovenmatig noch de daarbij gehanteerde uurtarieven waartegen ook geen verweer is gevoerd. In totaal komt de begroting uit op € 8.971,30 ( € 8.057,30 plus € 914,00 aan griffierecht). Voor een veroordeling van Sparta c.s. in die kosten bestaat, gelet op het niet vast staan van de aansprakelijkheid, echter geen aanleiding. ECLI:NL:RBGEL:2020:5140