Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Dordrecht 050912 kosten jaarlijkse herdenking afgewezen

Rb Dordrecht 050912 vaste lasten moeten concreet berekende en onderbouwd worden; afwijzing abstracte benadering obv 65,5%
- behoefte dochter dient onderbouwd te worden met studieresultaten en hoogte studiefinanciering;
- zoon woonde feitelijk thuis; behoefte levensonderhoud tot aanvang eigen inkomen; 
- de uitkeringen uit ongevallen- en reisverzekering zijn behoeftigheidsverminderend;
- v; 
- rekenrente 2,5%
- kosten afgewezen mede obv Rapport Voorwerk II; noodzaak kosten schadeberekening en medisch advies niet aangetoond

Begrafeniskosten 

5.20.  [eisers] vorderen € 11.487,21 + p.m. aan begrafeniskosten, zoals uiteengezet in productie 9 bij dagvaarding. Dit bedrag bestaat uit acht, als zodanig genummerde posten. Ter zitting hebben zij deze posten stuk voor stuk nader toegelicht. 
[gedaagde] voert aan dat zij eerder heeft aangeboden te vergoeden: de kosten van de vliegtickets ad € 1.914,--, de kosten voor het overbrengen van het stoffelijk overschot naar Turkije ad 
€ 1.750,-- en de vertaalkosten ad € 817,21. Voor de overige kosten, zoals de jaarlijks terugkerende posten voor gedenkdiensten en reiskosten, biedt artikel 6:108 BW naar de mening van [gedaagde] geen ruimte. Ter zitting is namens [gedaagde] het standpunt ingenomen dat alleen de begrafeniskosten voor vergoeding in aanmerking komen en niet de kosten van rouwverwerking van de familieleden. Voor het overige vindt [gedaagde] de kosten onvoldoende onderbouwd. 

5.21.  De rechtbank is van oordeel dat de in 2007 gemaakte kosten, zoals omschreven in productie 9 bij dagvaarding onder de punten 1 t/m 6 (van punt 6 de eerste vijf posten) kunnen worden aangemerkt als kosten van lijkbezorging in overeenstemming met de omstandigheden van de overledene (vgl. artikel 6:108 lid 2 BW). Voor zover die kosten niet worden onderbouwd met voor deze (Nederlandse) rechtbank leesbare stukken, zijn de kosten ter zitting voldoende feitelijk onderbouwd. Het totaal aan toe te wijzen kosten (€ 8.437,21) komt ook niet bovenmatig voor en zullen de gemiddelde kosten van een uitvaart ook niet te boven gaan. Genoemd bedrag komt derhalve voor toewijzing in aanmerking. De kosten van de gedenkdienst op 15 juni 2008 alsmede de reiskosten van het gezin in juli/augustus 2008 en de nog te maken kosten ten behoeve van het elk jaar reizen naar Turkije ter herdenking kunnen niet worden aangemerkt als kosten ten behoeve van de uitvaart van de overledene gemaakt in de zin van artikel 6:108 lid 2 BW. Het gaat hier meer om kosten gemaakt voor rouwbeklag/rouwverwerking van de nabestaanden.  LJN BX6924