Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Noord-Holland 081014 voor 2007 en 2008 aansluiting bij de richtlijn revalidatie daggeldvergoedingen van 2009; gedurende maximaal 1 jaar

Rb Noord-Holland 081014 dwarsleasie na schiet- en steekpartij; geen eigen schuld vanwege initiatief confrontatie; geweld was onuitgelokt en buitenproportioneel;
- rolstoelgebonden, altijd afhankelijk van hulp anderen, toekomstige mogelijkheden beperkt; EUR 130.000,-;
- zelfwerkzaamheid obv richtlijn EUR 350,00 per jaar; 
- rekenrente voor een periode van 20 jaar 2%, daarna 3%;
- voor 2007 en 2008 aansluiting bij de richtlijn revalidatie daggeldvergoedingen van 2009; gedurende maximaal 1 jaar;
- slachtoffer heeft geen beroep heeft gedaan op WMO; geen schending schadebeperkingsplicht;
- niet goed voorstelbaar of wenselijk dat eiser en/of zijn naaste familieleden gedurende bijna twee jaren een rittenadministratie bijhouden; schatting reiskosten;
- verlies verdienvermogen obv start als zelfstandig stukadoor; aansluiting bij cao voor hypothetisch inkomen

medische kosten/herstelkosten

2.10.
[eiser] vordert EUR 13.131,73 aan medische- en herstelkosten. De vordering valt uiteen in de volgende posten:
-verblijf ziekenhuis EUR 2.750,00
-verblijf verpleeghuis EUR 5.275,00
-no-claim 2007 EUR 255,00
-eigen risico ‘08 t/m ’10 EUR 465,00
-elektrische tandenborstel EUR 173,99
-acupunctuur EUR 255,00
-extra wiel rolstoel EUR 763,00
-lifthandel EUR 232,14
-elektrische motor rolstoel EUR 1.700,00
-bed EUR 1.155,00
-plastic bedhoes EUR 107,60.

Van genoemde posten zijn die onder a), c), d), e), f), h), k) niet of onvoldoende gemotiveerd betwist. Deze liggen daarmee voor toewijzing gereed. Wat betreft de kosten die verband houden met het verblijf in Heliomare heeft [eiser] terecht opgemerkt dat het feit dat de Letselschaderaad eerst in 2009 normen heeft opgesteld voor revalidatiedaggeldvergoedingen niet meebrengt dat door mensen die in 2007 en 2008 tijd in revalidatieklinieken doorbrachten geen schade werd geleden. Aansluiting bij de normen voor daggeldvergoedingen die de Letselschaderaad voor 2009 heeft vastgesteld, komt de rechtbank praktisch voor. Gelet op het feit dat de daggeldvergoedingen voor ziekenhuisverblijf tussen 2006 en 2010 geen wijzingen hebben ondergaan, is er geen reden te veronderstellen dat het normbedrag dat in 2009 voor verblijf in een revalidatiekliniek is vastgesteld, te weten EUR 12,50 p/d, niet ook voor 2007 en 2008 op dat bedrag kan worden gesteld.
Wel heeft [eiser] bij zijn begroting miskend dat de Letselschaderaad het maximum aantal dagen waarvoor daggeldvergoedingen kunnen worden geclaimd heeft gesteld op 365, zodat dit onderdeel van de vordering kan worden toegewezen voor een bedrag van (365 * EUR 12,50 =) EUR 4.562,50.
De noodzaak van de extra kosten die [eiser] gemaakt heeft voor zijn rolstoel en bed wordt niet betwist. [eiser] heeft er voorts op zijn naam gestelde facturen van overgelegd. De stelling dat hij niet heeft bewezen dat hij de kosten werkelijk heeft betaald, faalt daarom.
Waar door gedaagden een beroep wordt gedaan op de schadebeperkingsplicht van [eiser], treft voorts geen doel de (niet nader onderbouwde) stelling dat hij voor een aantal kosten een beroep had kunnen, en dus moeten, doen op de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Bij haar uitspraak van 19 juni 2013 bepaalde de Centrale Raad van Beroep (ECLI:NL:CRVB:2013:776) immers dat de weigering van een gemeente een uitkering te doen in het kader van de WMO terecht was geweest, nu het slachtoffer van een verkeersongeval zijn kosten had kunnen verhalen op de aansprakelijke partij. Dat hij stelde dit niet te hebben gedaan, kon hem niet baten.

ECLI:NL:RBNHO:2014:9243