Rb Oost-Brabant 110614 onvoldoende onderbouwd dat kosten betrekking hebben op andere werkzaamheden dan instructie zaak of voorbereiding procedure
- Meer over dit onderwerp:
Rb Oost-Brabant 110614 mishandeling 17-jarige; psychisch letsel in overwegende mate gevolg mishandeling; causaal verband aangenomen;
- onzekerheid oorzaken studievertraging; 1 jaar toegerekend aan depressie agv mishandeling; toewijzing conform Richtlijn Letselschaderaad;
- opgebouwde studieschuld gedurende vertragingsjaar vastgesteld op de helft van twee jaar zonder studiefinanciering; € 4.400,-;
- vordering tzv mantelzorg afgewezen; niet aannemelijk dat inschakeling professionele krachten normaal en gebruikelijk zou zijn;
- geen blijvende fysieke of psychische beperkingen; vordering economische kwetsbaarheid afgewezen;
- gekeken moet worden naar het geheel van feiten en omstandigheden toekenning EUR 4.000,-
- onvoldoende onderbouwd dat kosten betrekking hebben op andere werkzaamheden dan instructie zaak of voorbereiding procedure
Buitengerechtelijke kosten
4.62.
[eiser] vordert een vergoeding van € 9.000,- voor de buitengerechtelijke werkzaamheden die naar hij stelt door zijn advocaat zijn verricht en die geheel voor zijn rekening zullen komen omdat de aan hem verleende toevoeging zal worden ingetrokken indien hij meer dan € 10.570,- (50% van het heffingsvrij vermogen) zal ontvangen uit hoofde van schade-uitkering. [eiser] heeft een urenoverzicht overgelegd van zijn advocaat.
[gedaagden] voeren verweer.
4.63.
De rechtbank overweegt dat het feit dat aan [eiser] een toevoeging is verleend weliswaar geen belemmering hoeft te zijn voor het toewijzen van buitengerechtelijke kosten, maar dat de vordering van [eiser] toch niet kan worden toegewezen omdat hij onvoldoende onderbouwd heeft gesteld dat de gemaakte kosten betrekking hebben op andere werkzaamheden dan die ter instructie van de zaak of ter voorbereiding van de procedure. De advocaat van [eiser] heeft het dossier eind november 2009 in behandeling genomen, in januari 2010 een aansprakelijkstelling verstuurd aan [gedaagden], op 27 maart 2012 een regelingsvoorstel verzonden aan [gedaagden] dat door hen niet is aanvaard, en vervolgens in september 2013 een dagvaarding uitgebracht. De advocaat van [eiser] heeft ook werkzaamheden verricht ter inventarisatie van de schade van [eiser]. De rechtbank is van oordeel dat het hier gaat om de gebruikelijke werkzaamheden ter voorbereiding van een gerechtelijke procedure, waarvoor de proceskostenveroordeling een vergoeding pleegt in te sluiten. Voor afzonderlijke vergoeding van deze werkzaamheden is geen ruimte. ECLI:NL:RBOBR:2014:3180