Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Zwolle 140410 vraagstelling voor arbeidsdeskundige

Rb Zwolle 140410 vraagstelling voor arbeidsdeskundige,
2.10.  Ook ten behoeve van het arbeidsdeskundig onderzoek hebben partijen uiteenlopende vragen geformuleerd. Univé heeft bezwaar gemaakt tegen een aantal door [eiseres] voorgestelde vragen die zien op huishouden en zelfredzaamheid en uit de daaropvolgende akte van [eiseres] volgt dat zij die vragen niet langer handhaaft. Ook de rechtbank is van oordeel dat die vragen relevantie missen gelet op de door [eiseres] gevorderde schade, zodat alleen de na te melden vragen door de arbeidsdeskundige beantwoord dienen te worden:

1. Wilt u de genoten opleidingen en het arbeidsverleden van [eiseres] beschrijven?
2. Betekenen de beperkingen zoals die door de medisch deskundige(n) en de op basis daarvan vervaardigde FML dat [eiseres] arbeidsdeskundig gezien beperkingen ondervindt bij het verrichten van loonvormende arbeid?
3. Is [eiseres] als gevolg van de eventuele beperkingen voor loonvormende arbeid gedeeltelijk arbeidsongeschikt te achten voor haar eigen beroep en zo ja waar baseert u dat op?
4. Voor welk percentage is [eiseres] arbeidsongeschikt te achten?
5. Kan haar arbeidsongeschiktheid worden verbeterd door aanpassingen van het werk c.q. de arbeidsomstandigheden? Zo ja, in welke mate?
6. Indien [eiseres] gedeeltelijk arbeidsongeschikt is voor haar eigen beroep: is [eiseres] wel geheel of gedeeltelijk arbeidsgeschikt te achten voor ander passend werk, rekening houdend met haar beperkingen, opleidings- en arbeidsverleden? Zo ja:
- hoeveel uur per week zou [eiseres] met deze arbeid belast kunnen worden?
- welk bruto-inkomen kan [eiseres] met deze arbeid verdienen?
- welke opleidingen zou [eiseres] eventueel moeten volgen, hoe lang duren die en welke kosten zijn daaraan verbonden?
- hoe groot zijn de kansen van [eiseres] op de arbeidsmarkt voor dit soort werk bij bedrijven/instellingen in de omgeving van [eiseres]?
7. Acht u het, gelet op de vastgestelde ongevalsgerelateerde beperkingen en de destijds geldende omstandigheden, aannemelijk dat [eiseres] met een jaar studievertraging is gestart met de opleiding tot makelaar?
8. Acht u het aannemelijk dat [eiseres], zonder ongeval, met de combinatie leren/werken al in 1998 haar makelaarsdiploma zou hebben gehaald en vanaf dat moment tot november 2004 full time inzetbaar zou zijn geweest als assistent-makelaar?
9. Is er statistische informatie beschikbaar ten aanzien van arbeidsparticipatie van vrouwen:
- in het algemeen
- in bijzonder in het beroep van makelaar;
- na het krijgen van kinderen?
10. Heeft u nog opmerkingen die voor de beoordeling van de zaak van belang zouden kunnen zijn?

2.11.  De rechtbank zal Univé belasten met de betaling van het voorschot op de kosten van het onderzoek door de deskundigen.
LJN BM3170