Rb Utrecht 270808 ass vordert alle medisch, arbeidsdesk. en verz.geneesk. info. Rb wil eerst desk.be
- Meer over dit onderwerp:
Rb Utrecht 270808 ass vordert alle medisch, arbeidsdesk. en verz.geneesk. info. Rb wil eerst deskundige benoemen
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord tevens houdende de incidentele vordering tot afschrift van bescheiden
- de incidentele conclusie van antwoord.
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.
2. De beoordeling in het incident
2.1. Op 3 september 2002 heeft een ongeval plaatsgevonden waarbij
[eiser] was betrokken, als passagier gezeten naast de bestuurder in een
personenauto. De personenauto waarin [eiser] zat, werd van achteren
aangereden door een andere personenauto, welke auto ten tijde van het
ongeval ingevolge de WAM verzekerd was bij een rechtsvoorgangster van
Fortis. Fortis erkent de aansprakelijkheid van haar verzekerde.
2.2. In de hoofdzaak vordert [eiser] vergoeding van door hem geleden
schade als gevolg van het hem overkomen ongeval. Fortis betwist in de
hoofdzaak het causaal verband tussen het ongeval en de door [eiser]
gestelde klachten en beperkingen, alsmede de ernst en omvang daarvan.
Verder betwist Fortis de omvang van de gestelde schade en het causaal
verband tussen de diverse schadeposten en het ongeval. Fortis voert aan
dat voor de beoordeling van de vorderingen van [eiser] noodzakelijke
informatie ontbreekt en vordert daarom in incident dat de rechtbank
[eiser] op de voet van artikel 22 Rv gelast alle medische,
arbeidskundige en verzekeringsgeneeskundige informatie over de periode
1997 tot en met heden aan haar, dan wel haar advocaat en/of medisch
adviseur ter beschikking te stellen. Volgens Fortis is het van belang
dat een compleet (medisch) beeld van [eiser] wordt verkregen, omdat
alleen dan duidelijk zal worden welke deskundigen in deze nodig zijn om
de ongevalsgerelateerde klachten en beperkingen van [eiser] vast te
stellen.
2.3. [eiser] voert tot zijn verweer aan dat het verzoek van Fortis
prematuur is, omdat een dergelijk verzoek slechts – in beperkte mate –
voor toewijzing in aanmerking zou kunnen komen als de rechter een nieuw
deskundigenonderzoek zou bevelen. Fortis heeft verder zelf geweigerd
een gezamenlijke psychiatrische expertise te laten verrichten en de
heer [medisch adviseur], medisch adviseur van DAS Rechtsbijstand, heeft
al informatie aan de medisch adviseur van Fortis verstrekt. Voorts
maakt het verstrekken van alle gevraagde gegevens een te grote inbreuk
op de privacy van [eiser].
2.4. De rechtbank overweegt het volgende. Voor het vaststellen van de
door het ongeval veroorzaakte schade kan de gehele (medische)
geschiedenis van [eiser] van belang zijn. Daar staat echter tegenover
dat moet worden voorkomen dat onnodig persoonlijke gegevens van [eiser]
in handen van Fortis, haar advocaat of medisch adviseur terecht komen.
De door Fortis ingestelde vordering te gelasten dat [eiser] al zijn
medische, arbeidskundige en verzekeringsgeneeskundige gegevens over
vele jaren aan Fortis dan wel haar medisch adviseur ter beschikking
stelt, is naar het oordeel van de rechtbank een te grote inbreuk op de
privacy van [eiser].
2.5. Daar komt bij dat de rechtbank, anders dan Fortis, van oordeel is
dat in het huidige stadium van de procedure niet kan worden
geconcludeerd dat uitsluitend indien Fortis de beschikking heeft over
alle genoemde stukken een beslissing tot benoeming van deskundigen kan
worden genomen. Het komt de rechtbank voor dat een goede proceseconomie
in de onderhavige zaak met zich meebrengt dat de vraag of tot benoeming
van deskundigen, en zo ja, van welke discipline, moet worden
overgegaan, ter gelegenheid van de comparitie van partijen in
aanwezigheid van de behandelend rechter kan worden besproken. Indien
vervolgens tot benoeming van onafhankelijke deskundige(n) wordt
overgegaan, zal de medisch adviseur van Fortis inzage kunnen verkrijgen
in de stukken die [eiser] op verzoek van de deskundige(n) aan de
deskundige(n) ter beschikking stelt of doet stellen.
2.6. Gelet op het voorgaande zal de incidentele vordering worden
afgewezen. Fortis zal als de in het ongelijk gestelde partij in de
proceskosten van het incident worden veroordeeld.
3. De beoordeling in de hoofdzaak
3.1. De rechtbank zal een comparitie bevelen om inlichtingen over de
zaak te vragen en om te onderzoeken of partijen het op een of meer
punten met elkaar eens kunnen worden. Daarbij kan de mogelijkheid van
doorverwijzing naar een mediator aan de orde komen.
3.2. De rechtbank wijst erop dat zij uit een niet verschijnen van een
partij ter comparitie de gevolgtrekkingen - ook in het nadeel van die
partij - kan maken die zij geraden zal achten.
3.3. Partijen kunnen zich op de zitting laten bijstaan door een eigen (medisch) adviseur.
3.4. De behandeling van de zaak ter comparitie zal in beginsel de
volgende onderwerpen bevatten. De rechter zal beginnen met een aantal
formaliteiten. Vervolgens zal de rechter zo nodig vragen stellen over
de feiten en over de standpunten van partijen waarin inzicht moet
bestaan om tot een oordeel te kunnen komen.
3.5. In beginsel zal ter comparitie niet de gelegenheid worden geboden
om te pleiten, waarbij onder pleiten wordt verstaan het juridisch
beargumenteren van de zaak aan de hand van een voorbereide,
uitgeschreven pleitnotitie.
3.6. Op de comparitie zal, eventueel aan de hand van een voorlopig
oordeel over de zaak, worden nagegaan hoe de verdere gang van de
procedure moet zijn. Daarbij kan ook aan de orde komen of een schikking
(al dan niet op onderdelen) mogelijk is. Ter zitting kan aan de orde
komen of een deskundigenonderzoek noodzakelijk is, welke vragen
beantwoord moeten worden, uit welke disciplines benoeming van
deskundigen nodig is en wie partijen als deskundige benoemd willen
zien. De zitting eindigt met een aantal formaliteiten. LJN BE9204