Overslaan en naar de inhoud gaan

RBAMS 190719 vader procedeert voor minderjarige zoon zonder machtiging ex artikel 1:349 BW; niet ontvankelijk

RBAMS 190719 Juridische dienstverlening ex-advocaat; ondanks beroepsfouten geen schade, want kansloze zaak;
- vader procedeert voor minderjarige zoon zonder machtiging ex artikel 1:349 BW; niet ontvankelijk

Beroepsfout 1: geen machtiging als wettelijk vertegenwoordiger

4.6.
Een ouder die (mede) het gezag over een kind uitoefent, voert op grond van artikel 1:253i BW (mede) het bewind over het vermogen van dat kind. Op dit bewind is op grond van artikel 1:253k BW onder andere artikel 1:349 BW van toepassing. Op grond van dit laatste artikel is een machtiging van de kantonrechter vereist om in rechte voor een minderjarige op te treden, op straffe van niet-ontvankelijkheid.

4.7.
Dat de gemachtigde van [eiser] in de dagvaarding bij vergissing verwijst naar het niet-bestaande artikel 1:123k BW, maakt het bovenstaande niet anders. Door de verwijzing van deze gemachtigde naar het vonnis in de letselschadezaak, waarin het juiste artikel 1:253k BW wordt aangehaald, is bovendien voldoende duidelijk waarop dit deel van de vordering betrekking heeft.

4.8.
Het staat vast dat [eiser] tijdens de letselschadezaak niet beschikte over een machtiging van de kantonrechter om in rechte op te treden voor [zoon] , terwijl daarover in de conclusie van antwoord door de wederpartij al verweer was gevoerd, en dat de kantonrechter [eiser] om die reden niet-ontvankelijk heeft verklaard in de letselschadezaak. Het staat ook vast dat [gedaagde] [eiser] op dit punt niet heeft geadviseerd en er niet voor heeft gezorgd dat [eiser] deze noodzakelijke machtiging in het geding heeft gebracht. Aangezien de noodzaak van zo’n machtiging uit de wet volgt, zou een redelijk bekwaam en redelijk handelend juridisch adviseur en procesgemachtigde gezorgd hebben dat zo’n machtiging voorafgaand aan of tijdens de letselschadezaak, zeker nadat er op dit punt verweer was gevoerd, in het geding werd gebracht. Aangezien [gedaagde] dit heeft nagelaten, heeft hij gehandeld in strijd met zijn zorgplicht en is hij tekort gekomen in het nakomen van zijn verplichtingen uit de overeenkomst van opdracht.

ECLI:NL:RBAMS:2019:7791