RBNHO 051125 vordering verzekeraar ogv narisico ex art 13 WAM en niet uit verzekeringsovereenkomst; vordering bij verstek toegewezen
- Meer over dit onderwerp:
RBNHO 051125 vordering verzekeraar ogv narisico ex art 13 WAM en niet uit verzekeringsovereenkomst; vordering bij verstek toegewezen
1 Het procesverloop
1.1.
De eisende partij heeft een vordering tegen de gedaagde partij ingesteld. Tegen de gedaagde partij is verstek verleend.
2 De beoordeling
2.1.
De eisende partij vordert veroordeling van de gedaagde partij tot betaling van € 3.279,00 aan hoofdsom, te vermeerderen met de wettelijke rente, de buitengerechtelijke incassokosten, de proceskosten en de nakosten.
2.2.
De eisende partij legt aan de vordering ten grondslag dat de eisende partij een bedrag van € 3.279,00 aan schade heeft vergoed naar aanleiding van een door de gedaagde partij veroorzaakt ongeval. Er bestond echter geen dekking voor deze schade omdat de gedaagde partij de verzekeringspremie niet (tijdig) heeft betaald.
2.3.
Aangezien de vordering voortvloeit uit het zogenoemde narisico als bedoeld in artikel 13 WAM in samenhang met artikel 15 WAM en niet rechtstreeks uit de verzekeringsovereenkomst, zal de kantonrechter de verzekeringsovereenkomst en de daarop toepasselijke algemene voorwaarden niet ambtshalve toetsen.
2.4.
De vordering is niet onrechtmatig of ongegrond en zal worden toegewezen.
proceskosten
2.5.
De gedaagde partij wordt in het ongelijk gesteld en wordt daarom in de proceskosten veroordeeld. Daarbij wordt de gedaagde partij ook veroordeeld tot betaling van € 119,00 aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door de eisende partij worden gemaakt.
Rechtbank Noord-Holland 5 november 2025, ECLI:NL:RBNHO:2025:12990