Overslaan en naar de inhoud gaan

Hof 's-Hertogenbosch 211014 steekpartij; structurele functionele beperkingen van en pijnklachten aan rechterhand/arm; € 8.500,-

Hof 's-Hertogenbosch 211014 steekpartij; schatting verlies verdienvermogen vanwege gebrek aan deugdelijke gegevens van voor en na incident;
- structurele functionele beperkingen van en pijnklachten aan rechterhand/arm; € 8.500,- smartengeld

vervolg op: hof-s-hertogenbosch-191113-schade-door-te-laat-medisch-ingrijpen-toegerekend-aan-dader-steekpartij-aanhouding-mbt-berekening-verlies-verdienvermogen

9.7.1.

Met betrekking tot het gevorderde smartengeld van € 15.000 stelt [appellant] dat het incident plaatsvond toen hij (bijna) 23 jaar oud was en dat hij door de lichamelijke beperkingen niet meer in staat is tot het verrichten van zijn oude werk als autopoetser. Hij is niet meer geschikt om anders te functioneren dan in een beschermde omgeving. Zijn droom om ooit in Turkije een autopoetsbedrijf op te zetten heeft hij op moeten geven.
[geïntimeerde] heeft betwist dat [appellant] niet meer geschikt zou zijn als autopoetser.

9.7.2.
Het hof gaat uit van de medische situatie en de beperkingen van [appellant] zoals weergegeven in het tussenarrest, r.o. 4.1.7 en 4.1.8.
Kort samengevat heeft [appellant] structurele functionele beperkingen van en pijnklachten aan zijn rechterhand/arm met een beperkte grijp- en knijpfunctie, waardoor hij slechts geschikt is voor werkzaamheden die grotendeels als eenarmige gedaan kunnen worden. De rechterarm kan slechts als lichte steunfunctie belast worden. Het beroep van autopoetser behoort dan niet meer tot de mogelijkheden, in elk geval niet in het commerciële bedrijfsleven. [appellant] is twee maal aan zijn hand/arm geopereerd. Een wezenlijke wijziging in de toekomst wordt niet verwacht. Gelet op de ernstige beperking die [appellant] ondervindt, de lange duur van deze last nu het incident hem op jonge leeftijd is overkomen, en gelet op soortgelijke gevallen waarover Nederlandse rechters hebben geoordeeld, stelt het hof het smartengeld op € 8.500,-- te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 juni 2004.
Ook grief II slaagt mitsdien. ECLI:NL:GHSHE:2014:4331