Rb Oost-Brabant 110614 mishandeling 17-jarige; opgebouwde studieschuld gedurende vertragingsjaar vastgesteld op de helft van twee jaar zonder studiefinanciering; € 4.400,-
- Meer over dit onderwerp:
Rb Oost-Brabant 110614 mishandeling 17-jarige; psychisch letsel in overwegende mate gevolg mishandeling; causaal verband aangenomen;
- onzekerheid oorzaken studievertraging; 1 jaar toegerekend aan depressie agv mishandeling; toewijzing conform Richtlijn Letselschaderaad;
- opgebouwde studieschuld gedurende vertragingsjaar vastgesteld op de helft van twee jaar zonder studiefinanciering; € 4.400,-;
- vordering tzv mantelzorg afgewezen; niet aannemelijk dat inschakeling professionele krachten normaal en gebruikelijk zou zijn;
- geen blijvende fysieke of psychische beperkingen; vordering economische kwetsbaarheid afgewezen;
- gekeken moet worden naar het geheel van feiten en omstandigheden toekenning EUR 4.000,-
- onvoldoende onderbouwd dat kosten betrekking hebben op andere werkzaamheden dan instructie zaak of voorbereiding procedure
Studieschuld
4.31.
[eiser] stelt dat hij door studievertraging op enig moment geen recht meer had op studiefinanciering en daardoor een studieschuld heeft opgebouwd van € 8.843,58 (inclusief rente tot 30 juni 2013) welk bedrag hij zal moeten gaan terugbetalen vanaf december 2014. [gedaagden] verwerpen deze vordering als zijnde onbegrijpelijk.
4.32.
De rechtbank acht aannemelijk dat [eiser] door de studievertraging op enig moment geen recht meer had op een studiebeurs en een lening heeft moeten afsluiten bij de DUO (prod.14). Zoals eerder overwogen is de studievertraging slechts voor een deel (één jaar) toe te rekenen aan [gedaagden], waarbij overigens niet kan worden vastgesteld welke periode dit precies is geweest. Uit de summiere informatie die [eiser] heeft gegeven over zijn studieschuld valt ook niet af te leiden in welke periode(s) die schuld is opgebouwd. De rechtbank gaat er vanuit dat deze studieschuld betrekking heeft op twee studiejaren: [eiser] heeft immers in totaal zeven jaar gestudeerd (tussendoor is hij één jaar gestopt) en hij heeft naar eigen zeggen vijf jaar studiebeurs ontvangen. Rekening houdend met dit alles stelt de rechtbank de schade die [eiser] heeft geleden doordat hij studieschuld heeft opgebouwd gedurende het jaar vertraging dat hij heeft opgelopen als gevolg van de mishandeling ex aequo et bono vast op een afgerond bedrag van € 4.400,-.