Overslaan en naar de inhoud gaan

RBAMS 010618 studievertraging (onbestreden, 8000 cf richtlijn DLR) na mishandeling

RBAMS 010618 verlies verdienvermogen, smartengeld (2500) en studievertraging (onbestreden, 8000 cf richtlijn DLR) na mishandeling 

Studievertraging

4.8.
[eiser] vordert ter zake van studievertraging een bedrag van € 8.000,00. Het examen voor het onderdeel ‘beveiliger’ vond plaats op 18 maart 2018. Nu het incident plaatsvond op 14 maart 2014 en [eiser] daarna nog vier dagen in het ziekenhuis heeft verbleven tengevolge van het incident, moet de omstandigheid dat [eiser] dit examen niet heeft gemaakt, als een direct gevolg van het incident worden aangemerkt. Ook het niet kunnen doorlopen van het examen op 15 mei 2018, waarvoor [eiser] een oproep had ontvangen, is te beschouwen als een gevolg van het incident. Zoals in het voorgaande al is overwogen was [eiser] tot enkele weken na het ongeval niet in staat tot het verrichten van werkzaamheden. De kantonrechter acht aannemelijk dat [eiser] zich in de gegeven omstandigheden in die periode evenmin in voldoende mate kon voorbereiden op zijn examens. Daarbij speelt ook de ernst van het ongeval mee en de gevolgen daarvan voor [eiser] . [eiser] kon de eerste weken na het ongeval enkel vloeibaar eten. Uit de brief van de onderwijsinstelling waaraan [eiser] zijn opleiding volgde (r.o. 2.3), blijkt dat de eerstvolgende gelegenheid om het examen af te leggen, in het volgende studiejaar was gelegen. Daarmee acht de kantonrechter aannemelijk dat de studievertraging overwegend het gevolg is van het incident. [gedaagde] voert aan dat niet vaststaat dat [eiser] de examens zou hebben gehaald, echter die onzekerheid dient in de gegeven omstandigheden en gelet op de normoverschrijding door [gedaagde] voor rekening en risico te komen van [gedaagde] .

Als onweersproken gelaten zal het bedrag van € 8.000, dat [eiser] heeft berekend aan de hand van ‘De Letselschade Richtlijn Studievertraging’, worden toegewezen.

ECLI:NL:RBAMS:2018:4196