Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb A.dam 111109 aansprakelijkheid bestuurder stichting derdengelden frauderend advocaat

Rb A.dam 111109 aansprakelijkheid bestuurder stichting derdengelden frauderend advocaat
Artikel 2:9 BW, aansprakelijkheid van bestuurder stichting (derdengelden). Gedaagde, advocaat met een eigen praktijk, was bestuurder van de stichting derdengelden van een andere advocaat, die failliet is verklaard. Laatstgenoemde heeft (zonder medeweten van gedaagde) aanzienlijke bedragen van de stichting derdengelden aan zichzelf overgemaakt. Ook de stichting derdengelden is failliet verklaard en de curator spreekt gedaagde in deze procedure succesvol aan op grond van artikel 2:9 BW. Op gedaagde als bestuurder van de stichting derdengelden rustte de algemene taak ervoor te zorgen dat het tijdelijk beheren en betalen van de derdengelden op juiste wijze en aan de juiste (rechts)persoon plaatsvond. Hiervoor was in ieder geval nodig dat hij in grote lijnen op de hoogte was van betalingen aan en door de stichting derdengelden. Dit brengt mee dat de rechtbank het tot zijn algemene taak als bestuurder rekent dat gedaagde de betalingen aan en door de stichting derdengelden controleerde. Anders dan gedaagde stelt, was zijn taak dus niet beperkt tot het ondertekenen van hem voorgelegde betaalopdrachten. Gedaagde heeft onbetwist de betalingen aan en door de stichting derdengelden niet gecontroleerd. Hij had op geen enkele wijze inzicht in de activiteiten van de stichting derdengelden. Aldus is hij naar het oordeel van de rechtbank tekortgeschoten in het vervullen van zijn algemene bestuurstaak om toe te zien op de verwezenlijking van de doelstelling. Zijn geheel passieve opstelling betreft een onmiskenbare, duidelijke tekortkoming, waarover geen redelijk oordelend en verstandig bestuurder twijfelt. Voor de schade die de stichting derdengelden hierdoor lijdt, is gedaagde aansprakelijk.
LJN BL3599 (met dank aan recht.nl voor de signalering)