Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Den Bosch 060510 nek- schouder- en rugklachten na sjouwen met verhuisdozen; bewijslast gewicht dozen op werkneemster

Rb Den Bosch 060510 nek- schouder- en rugklachten na sjouwen met verhuisdozen; bewijslast gewicht dozen op werkneemster; zij dient ook medische gegevens in het geding te brengen
[benadeelde] is op 1 oktober 2001 bij Zeker Bouwen in dienst getreden in de functie van administratief medewerkster. Haar werkzaamheden bestonden voornamelijk uit het invoeren van boekhoudkundige gegevens in de computer, het aanmaken van facturen en betalingsherinneringen en het invoegen van supplementen in wetboeken. Ook verrichtte zij archief werkzaamheden.

In de zomer van 2005 is het bedrijf van Zeker Bouwen verhuisd. Ook haar archief is verhuisd en in afwachting van de gereedkoming van de definitieve archiefruimte op de tweede verdieping tijdelijk geplaatst op de eerste verdieping van de nieuwe huisvesting.

Op 12 februari 2007 heeft [benadeelde] in opdracht van Zeker Bouwen het archief, althans een gedeelte daarvan, overgebracht van de eerste naar de tweede verdieping en vervolgens het archief verder ingericht.

Daarna is zij arbeidsongeschikt geworden en gebleven tot het einde van het dienstverband per eind augustus 2009. Bij besluit van 12 februari 2010 is haar een arbeidsongeschiktheidsuitkering toegekend, gebaseerd op een verlies aan verdienvermogen van 40,13 procent.

Vordering en het verweer

[benadeelde] stelt dat zij op 12 februari 2007 in opdracht van de directie van Zeker Bouwen het overgrote deel van 30 verhuisdozen van 40 cm hoog, 60 cm lang en 40 cm breed, gevuld met papier, al dan niet in ordners, van de eerste verdieping naar de tweede verdieping heeft overgebracht. Dit moest gebeuren via een kleine, steile en smalle trap. Daardoor werd het vervoer naar boven bemoeilijkt. In haar aantekeningen voor de comparitie heeft zij gesteld dat het gewicht van de dozen "belangrijk meer" dan 19 kilo was. Bij de comparitie heeft zij meegedeeld, dat de dozen 25 tot 30 kilo wogen. [benadeelde] heeft vervolgens gesteld, dat de inhoud van de verhuisdozen op de tweede verdieping moest worden gesorteerd en daarna overgepakt in archiefdozen. Deze moesten in het archief worden opgeborgen.

[benadeelde] heeft gesteld, dat zij als gevolg van deze aan haar opgedragen werkzaamheden vrijwel direct last kreeg van nek-, schouder- en rugklachten. Zij heeft zich op 15 februari 2007 onder behandeling van haar huisarts gesteld en zich bij Zeker Bouwen ziek gemeld. Zij is daarna als gevolg van deze werkzaamheden arbeidsongeschikt gebleven.

Op deze gronden vordert [benadeelde] voor recht te verklaren, dat Zeker Bouwen aansprakelijk is voor de schade die zij heeft geleden, lijdt en zal Jijden als gevolg van het op 12 februari 2007 versjouwen van verhuisdozen, alsmede Zeker Bouwen te veroordelen tot vergoeding van schade op te maken bij staat, alles met de veroordeling van Zeker Bouwen in de kosten van de procedure.

Zij grondt deze vordering op het bepaalde bij artikel 7: 658 BW, subsidiair 7: 611 BW, meer subsidiair op de (aanvullende) werking van de redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 6: 248 BW.

Zeker Bouwen bestrijdt de vordering van [benadeelde] en de gronden waarop deze berust. Zij erkent, dat [benadeelde] op de bewuste datum gewerkt heeft aan het verplaatsen en herinrichten van het archief. Zeker Bouwen bestrijdt het door [benadeelde] gestelde aantal van de nog te verplaatsen verhuisdozen. Dit zouden er niet 30 maar ongeveer 17 zijn. Ongeveer acht daarvan zou [benadeelde] van de eerste naar de tweede verdieping hebben overgebracht. Zeker Bouwen bestrijdt de gestelde afmetingen van de gebruikte dozen en het door [benadeelde] gestelde gewicht daarvan. Dit zou maximaal 16 kilogram per doos zijn. Een enkele doos zou, aldus Zeker Bouwen, volledig zijn gevuld met losse papieren en dossiers en ongeveer 19 kilo wegen. Zeker Bouwen bestrijdt dat deze dozen door [benadeelde] naar de tweede verdieping zijn overgebracht.

Zeker Bouwen bestrijdt voor de door [benadeelde] gestelde schade aansprakelijk te zijn. Zij bestrijdt, dat [benadeelde] schade heeft geleden en dat deze schade is ontstaan als gevolg van door haar opgedragen werkzaamheden. Zeker Bouwen betwist dat [benadeelde] medische klachten en/of beperkingen heeft opgelopen tengevolge van het tillen van enige verhuisdozen.

Op hetgeen partijen verder nog hebben aangevoerd zal de kantonrechter voor zoveel nodig onder de beoordeling ingaan.

Beoordeling

Zeker Bouwen heeft terecht aangevoerd, dat het aan [benadeelde] is te stellen en te bewijzen, dat zij schade heeft geleden als gevolg van de arbeidsomstandigheden bij Zeker Bouwen.

In dit verband is bij de comparitie afgesproken, dat [benadeelde] haar medisch dossier in het geding zou brengen. Zij heeft dit niet gedaan en zich beroepen op een verklaring van haar huisarts, waarin deze zegt, dat het opsturen van het volledig medisch dossier medisch-ethisch niet verantwoord is.

[benadeelde] heeft vervolgens wel enige medische informatie in het geding gebracht, onder meer een rapport, opgesteld in opdracht van de UWV te Eindhoven. Uit deze informatie blijkt onvoldoende van de medische situatie van [benadeelde] rond 12 februari 2007 en in het geheel niets over het oorzakelijk verband tussen de opgedragen werkzaamheden en de medische klachten.

Zeker Bouwen heeft in dit verband verder aangevoerd, dat nu [benadeelde] heeft nagelaten essentiële medische gegevens in het geding te brengen van benoeming van medische deskundige geen sprake kan zijn. Zij verzoekt de kantonrechter nog geen deskundigen te benoemen maar [benadeelde] nog eenmaal de gelegenheid te geven de informatie alsnog te verstrekken.

De kantonrechter is van oordeel, dat de bewijslast van de feiten, de schade en het oorzakelijk verband bij [benadeelde] rust en dat zij in ieder geval duidelijkheid heeft te geven over haar medische klachten. Tot heden is daarover onvoldoende bekend geworden. [benadeelde] heeft haar klachten slechts in zeer algemene zin aangeduid als nek-, schouder- en rugklachten. Dit type klachten bestaat in meerdere vormen en kent meerdere mogelijke oorzaken. In dit geval ontbreekt een adequate medische diagnose.

De zaak zal naar de rol worden verwezen om [benadeelde] alsnog de gelegenheid te geven haar medisch dossier in het geding te brengen. Vervolgens zal beoordeeld worden of en zo ja welke deskundigen moeten worden benoemd en welke vragen eventueel aan deze deskundigen moeten worden gesteld.

Ook is gebleken, dat partijen het oneens zijn over de aard van de op 12 februari 2007 door Zeker Bouwen aan [benadeelde] opgedragen werkzaamheden, althans voor zover het de fysieke belasting van [benadeelde] betreft. Partijen verschillen van mening over de omvang en het gewicht van de te verplaatsen dozen met archiefmateriaal. Het komt de kantonrechter voor, dat ook hierover duidelijkheid dient te bestaan voordat een eventuele opdracht aan deskundigen wordt gegeven. Het lijkt aannemelijk, ook gezien de discussie die beide partijen op dit punt hebben gevoerd, dat het verschil uitmaakt of [benadeelde] dozen van 25 tot 30 kilo heeft getild, dan wet dozen van maximaal 16 kilo. [benadeelde] zal haar stellingen hieromtrent hebben te bewijzen.

Dat het verplaatsen van de dozen van enige omvang en enig gewicht via een trap een factor is om rekening mee te houden acht de kantonrechter een feit van algemene bekendheid. Wanneer een doos de trap op moet worden vervoerd zal men deze doos hoger moeten optillen. Uit de stellingen van partijen is niet gebleken, dat de betreffende trap zo smal of steil was, dat van een uitzonderlijke situatie moet worden gesproken. Over dit onderwerp acht de kantonrechter bewijslevering niet nodig.

De zaak wordt naar de rol verwezen om [benadeelde] de gelegenheid te geven haar medisch dossier in het geding te brengen en bewijs te leveren,

ledere verdere beslissing wordt aangehouden.

Beslissing

De kantonrechter:

draagt [benadeelde] op te bewijzen dat zij op 12 februari 2007 in opdracht van de directie van Zeker Bouwen het overgrote deel van 30 verhuisdozen van 40 cm hoog, 60 cm lang en 40 cm breed, gevuld met papier, al dan niet in ordners, van de eerste verdieping naar de tweede verdieping van het {kantoorpand van Zeker Bouwen heeft overgebracht en dat deze dozen per stuk een gewicht hadden van 25 tot 30 kilo; PIV-site