Overslaan en naar de inhoud gaan

RvT160407 diverse vragen met betrekking tot de buitengerechtelijke expertise

RvT160407 diverse vragen met betrekking tot de buitengerechtelijke expertise
Het oordeel van de Raad
1. Wat betreft de klacht dat verzekeraar te royaal de tijd heeft genomen om tot een standpunt te komen, heeft verzekeraar klaagster zijn excuses aangeboden voor de ontstane vertragingen. De Raad is van oordeel dat de ontstane vertragingen in de behandeling van de zaak niet zodanig ernstig zijn dat verzekeraar daardoor de goede naam van het verzekeringsbedrijf heeft geschaad. Het eerste onderdeel van de klacht is derhalve ongegrond.
2. Verdedigbaar is het standpunt van verzekeraar dat hij de door klaagster voorgedragen expert kon weigeren nu de belangenbehartiger van klaagster de expert blijkens de overgelegde stukken reeds had benaderd. Door de door klaagster voorgedragen expert af te wijzen, heeft verzekeraar de goede naam van het verzekeringsbedrijf niet geschaad, zodat ook het tweede klachtonderdeel ongegrond is.
3. Gezien de overgelegde stukken acht de Raad voorts verdedigbaar dat verzekeraar  niet heeft ingestemd met het door klaagster gedane voorstel het verschil van mening tussen de medisch adviseurs voor te leggen aan een in onderling overleg te benoemen persoon. Verzekeraar mag niet het recht ontzegd worden - te meer nu hij de schade als gevolg van de tweede operatie inmiddels heeft geregeld als ware die operatie niet geïndiceerd - het door klaagster in te roepen oordeel van de rechter omtrent het tussen haar en verzekeraar bestaande verschil van mening af te wachten. Ook het derde klachtonderdeel is derhalve ongegrond.
RvT 2007/036 WA