Overslaan en naar de inhoud gaan

Hof 's-Hertogenbosch 230615 huishoudelijke hulp dochter voor 4 uur per week tegen € 9,00 vergoed tot 70 jaar

Hof 's-Hertogenbosch 230615 volledige aansprakelijkheid mishandeling vastgesteld na deskundigenrapporten; beoordeling diverse schadeposten; geen matiging
- verlies zelfwerkzaamheid gevorderd conform richtlijn Letselschaderaad; onvoldoende gesteld
- huishoudelijke hulp dochter voor 4 uur per week tegen € 9,00 vergoed tot 70 jaar
- volledige en blijvende arbeidsongeschiktheid door knieletsel en PTSS met angststoornis, enige matiging vanwege ruzie; smartengeld € 9.000

vervolg op hof-s-hertogenbosch-081013-knieklachten-en-psychische-klachten-mishandeling-slachtoffer-moet-alle-rapportages-uwv-en-patientenkaart-tot-5-jaar-voor-ongeval-inbrengen 
en:
 hof-s-hertogenbosch-150414-mishandeling-deskundigenbenoeming-orthopedisch-chirurg-en-psychiater-iwmd-vraagstelling-met-extra-vragen-psychiater

Kosten huishoudelijke hulp

15.10.1.
[appellant] stelt dat vóór de mishandeling het huishouden op zijn schouders neerkwam, omdat zijn echtgenote dat in verband met haar medische toestand, niet kon. Hij heeft in verband daarmee een verklaring van de huisarts d.d. 16 mei 2012 overgelegd, waarin deze verklaart te kunnen bevestigen dat [appellant] voor de mishandeling om medische redenen voor zijn echtgenote zorgde. [appellant] stelt dat deze taken na de mishandeling zijn overgenomen door zijn dochter. Blijkens een (ongedateerde) verklaring van de dochter verricht zij 11 uur per week huishoudelijk werk in het huis van haar ouders. [appellant] vordert vergoeding voor zes uur huishoudelijke hulp per week. Hij heeft geen aanvrage ingevolge de WMO gedaan omdat hij de eigen bijdrage niet kan betalen.
[geïntimeerde] heeft gesteld dat de huisarts niet uit eigen wetenschap kan verklaren, en ook dat de dochter zal verklaren wat haar ouders willen. Volgens [geïntimeerde] is de echtgenote van [appellant] niet (zo) hulpbehoevend. [appellant] had om de schade te beperken, een beroep op de WMO moeten doen, aldus [geïntimeerde].

15.10.2.
De huishoudelijke taken die hier in geding zijn, betreffen schoonmaken, koken, boodschappen doen etc. Het hof acht het mede op grond van de verklaring van de huisarts, van wie mag worden aangenomen dat hij de situatie in het gezin [appellant] goed kende, voldoende aannemelijk dat [appellant] althans een deel van deze werkzaamheden voor zijn rekening nam. Gelet op zijn huidige situatie gaat het hof er eveneens van uit dat [appellant] daartoe thans niet meer in staat is. Het hof acht voorts onvoldoende gemotiveerd betwist dat de dochter van [appellant] zijn deel van het huishoudelijke werk heeft overgenomen.
Indien familie of kennissen huishoudelijke werkzaamheden van het slachtoffer overnemen die het slachtoffer niet meer kan verrichten en het daarbij gaat om werkzaamheden waarvan het in de situatie waarin het slachtoffer verkeert normaal en gebruikelijk is dat zij worden verricht door professionele, voor hun diensten gehonoreerde hulpverleners, heeft het slachtoffer aanspraak op vergoeding van kosten van huishoudelijke hulp. Daaraan staat niet in de weg dat deze werkzaamheden feitelijk worden verricht door personen die daarvoor geen kosten in rekening brengen. Nu [geïntimeerde] onvoldoende gemotiveerd heeft betwist dat de dochter van [appellant] zijn deel van het huishoudelijk werk heeft overgenomen, en evenmin dat het in de situatie waarin [appellant] verkeert normaal en gebruikelijk is dat huishoudelijke hulp wordt verricht door professionele, voor hun diensten betaalde hulpverleners, heeft [appellant] aanspraak op vergoeding van de noodzakelijke huishoudelijke hulp, ook al heeft hij voor de door zijn dochter geboden hulp kennelijk niet betaald.
Nu [appellant] niet heeft geconcretiseerd in welke mate hij voorheen huishoudelijk werk verrichtte, zal het hof het aantal uren huishoudelijke hulp op vergoeding waarvan hij aanspraak kan maken, schattenderwijs stellen op 4 uur per week, vanaf de datum van het ongeval (27 oktober 2005) tot, zoals te doen gebruikelijk, het 70e jaar van [appellant] ([geboortedatum] 2031). Conform de Richtlijn van de Letselschaderaad is een bedrag van € 9 per uur, gedurende 48 weken per jaar toewijsbaar.

15.10.3.
Het hof verwerpt het beroep van [geïntimeerde] op schending van de schadebeperkingsplicht, omdat [appellant] geen aanvraag voor huishoudelijke hulp op grond van de WMO heeft gedaan. In elk geval vanaf 2015 zou die aanvraag overigens zeer waarschijnlijk zonder meer zijn afgewezen gelet op het inmiddels veel striktere beleid op dat punt, en de aanwezigheid van mantelzorg. Ook voor het verleden rekent het hof het achterwege laten van een dergelijke aanvraag [appellant] echter niet aan, gelet op zijn onweersproken stelling dat hij de eigen bijdrage niet had kunnen betalen, terwijl de noodzaak tot het aanvragen van hulp via de WMO minder dringend was nu de dochter zijn huishoudelijke taken erbij nam.

ECLI:NL:GHSHE:2015:2269