Rb A.dam 300108 eerst ter comparitie wordt duidelijk dat betr. ook voor het ongeval hulp genoot
- Meer over dit onderwerp:
Rb A.dam 300108 eerst ter comparitie wordt duidelijk dat betr. ook voor het ongeval hulp in de huishouding had
4.7.1. A stelt dat zij als gevolg van haar klachten en
beperkingen (zwaardere) huishoudelijke werkzaamheden niet meer kan
uitvoeren. Zij verwijst naar een indicatiestelling van het Lokaal
Indicatieorgaan Almere, de berekening in het rapport van K waarin wordt
uitgegaan van een eindleeftijd van 70 jaar, een overgelegde verklaring
van A en haar echtgenoot terzake en de omstandigheid dat zij geen hulp
via Thuiszorg heeft maar een particuliere hulp ad EUR 9,00 per uur te
vermeerderen met 8% vakantietoeslag. Ter comparitie heeft A verklaard
dat het bij dagvaarding gevorderde bedrag van EUR 40.673,00 dient te
worden gehalveerd, aangezien zij recht heeft op vijf uur huishoudelijke
hulp per twee weken in plaats van - zoals eerder vermeld - vijf uur per
week, maar niet helemaal gelet op het feit dat zij thans een iets hoger
uurloon b en incidenteel meer huishoudelijke klussen laat uitvoeren.
4.7.2. P Interieurs B.V. betwist deze vordering door - meest
verstrekkend - ter comparitie aan te voeren dat het onduidelijk is hoe
de situatie was vóór het ongeval en of A toen ook al huishoudelijke
hulp had.
4.7.3. A heeft hierop ter comparitie verklaard dat zij vóór het
ongeval ook af en toe hulp had en zij, indien het ongeval niet had
plaatsgevonden en zij was blijven werken, ook een hulp in de
huishouding had willen hebben. Hieruit volgt dat naar het oordeel van
de rechtbank het causaal verband tussen de gevorderde kosten van
huishoudelijke hulp en de klachten en beperkingen onvoldoende is komen
vast te staan. Deze vordering zal dan ook worden afgewezen. LJN BG3861