Overslaan en naar de inhoud gaan

RBGEL 160720 gevorderd en toegewezen 28:18 uur x € 260,00 + btw, totaal € 9.207,18; uren onder meer niet onredelijk vanwege gebruik volledige arsenaal aan eventuele verweren

RBGEL 160720 beenletsel dierenarts bij mislukte noodslachting stier; eigen energie; bezitter aansprakelijk, geen eigen schuld; € 7.500 voorschot
- geen schending klachtplicht; geen rechtsverwerking;
kosten gevorderd en toegewezen 28:18 uur x € 260,00 + btw, totaal € 9.207,18; uren onder meer niet onredelijk vanwege gebruik volledige arsenaal aan eventuele verweren

4.24.

Ter zake van de proceskosten geldt het volgende. [verzoeker] wenst in dit verband begroting van de kosten van 28:18 uur aan werkzaamheden van zijn advocaat tegen een uurtarief van € 260,00 exclusief btw, vermeerderd met € 304,00 aan griffierecht. Deze werkzaamheden zijn behoorlijk gespecificeerd. NN c.s. vindt de bestede tijd bovenmatig, maar de onderbouwing van dat standpunt overtuigt niet.

Het enkele feit dat tijd is besteed aan de ontvangst van de opdrachtbevestiging betekent niet dat deze tijd niet is besteed bij de behandeling van het verzoek, namelijk aan het verifiëren van de opdracht tot het opstellen en indienen van het verzoekschrift.

Dat delen van het verzoekschrift uit eerdere correspondentie zijn overgenomen is op zichzelf nog geen reden om aan te nemen dat aan het opstellen van het verzoekschrift niet de gestelde tijd is besteed. Dat het opstellen van het verzoekschrift 6½ uur heeft gekost komt de rechtbank niet bovenmatig voor, ook als gedeelten daarvan konden worden overgenomen.

Over de na opstelling van het verzoekschrift bestede tijd heeft NN c.s. opgemerkt dat haar standpunt bij [verzoeker] al bekend was zodat daaraan bij de behandeling van het verzoek niet zo veel tijd hoefde te worden besteed. De overgelegde correspondentie biedt echter geen steun voor dat standpunt. NN c.s. heeft in rechte het arsenaal aan eventuele verweren volledig benut – ook minder voor de hand liggende – hetgeen aan de zijde van [verzoeker] zonder meer kostenverhogend zal hebben gewerkt.

Het maken van de advocaatkosten, noch de hoogte daarvan kan dan ook onredelijk worden geacht. De kosten in de zin van art. 1019aa Rv zullen worden begroot op een bedrag van € 9.207,18. (De conclusie van de pleitnota van mr. Van Schoonhoven vermeldt kennelijk abusievelijk een bedrag van € 9.249,23.) Nu [onderneming] voor de schade aansprakelijk is en [verzoeker] rechtstreeks van NN vergoeding van zijn schade kan verlangen, zal de gevraagde hoofdelijke veroordeling van NN c.s. in de aldus begrote kosten worden toegewezen. ECLI:NL:RBGEL:2020:4086