Overslaan en naar de inhoud gaan

Rb Utrecht 190907 onderbeenfractuur na ongeval bij gladheid, kosten verzorging, huurauto, tens-app.

Rb Utrecht 190907 onderbeenfractuur na ongeval bij gladheid, kosten verzorging, huurauto, tens-apparaat
Verzorging, thuishulp en therapie

4.17.  [Eiser] vordert een bedrag van EUR 7.500,00 als voorschot voor gemaakte en te maken kosten in verband met verzorging, thuishulp en therapie en vergoeding van de overige schade in verband met verzorging, thuishulp en therapie, nader op te maken bij staat. Ter onderbouwing van deze vordering stelt [eiser] dat hij EUR 7.525,00 heeft betaald aan een buurvrouw die hem geholpen in de huishouding en die maaltijden voor hem bereidde. Dit bedrag is inclusief de kosten voor de maaltijden, die [eiser] stelt op EUR 5,00 per maaltijd. Als die kosten van het bedrag van EUR 7.525,00 worden afgetrokken resteert een bedrag van EUR 4.125,00, waarvan [eiser] vergoeding vordert. Voorts heeft [eiser] de maximale eigen bijdrage moeten betalen van EUR 2,20 per week aan Thuiszorg.
Fortis ASR heeft verweer gevoerd tegen de omvang van deze schadepost.

4.18.  Uit de verklaring van [eiser]’ buurvrouw, mevrouw [buurvrouw], volgt dat [eiser] haar het bedrag van EUR 7.525,00 inclusief maaltijden heeft betaald en dat dat bedrag een vergoeding is voor de werkzaamheden die mevrouw [buurvrouw] heeft verricht gedurende 680 dagen. De rechtbank acht de door [eiser] aan mevrouw [buurvrouw] daarvoor betaalde en thans gevorderde vergoeding van EUR 4.125,00 niet onredelijk.
Fortis ASR heeft niet betwist dat [eiser] als gevolg van het ongeval van 15 december 2001 hulp van Thuiszorg nodig heeft, noch dat [eiser] daarvoor een eigen bijdrage aan Thuiszorg moet betalen van EUR 2,20 per week. De vordering tot vergoeding van die eigen bijdrage is derhalve in beginsel toewijsbaar.

4.19.  [Eiser] heeft niet gesteld dat hij andere kosten heeft gemaakt of zal maken dan het aan mevrouw [buurvrouw] betaalde bedrag van EUR 4.125,00 en de eigen bijdrage voor Thuiszorg (op jaarbasis EUR 114,40). [eiser] heeft bovendien niet aangegeven hoe lang hij verwacht nog op hulp van Thuiszorg aangewezen te zijn. Gezien de hoogte van het aan mevrouw [buurvrouw] betaalde bedrag en de jaarlijkse eigen bijdrage van Thuiszorg, acht de rechtbank het gevorderde voorschot van EUR 7.500,00 te hoog. De rechtbank zal daarom een voorschot toewijzen van EUR 5.000,00.
Fortis ASR heeft geen verweer gevoerd tegen de vordering tot vergoeding van de overige schade, op te maken bij staat. Nu partijen er beiden van uitgaan dat er nog geen medische eindtoestand bereikt is, zal deze vordering derhalve worden toegewezen.

De autoschade en de kosten van een huurauto
4.20.  Na het ongeval was de auto van [eiser] total loss. De dagwaarde van de auto was op dat moment volgens [eiser] EUR 2.110,00. [eiser] heeft voorts een auto gehuurd om zich in te laten vervoeren. In zijn dagvaarding heeft [eiser] de kosten voor deze huurauto gesteld op EUR 1.064,99. De kosten voor expertise bedroegen EUR 57,00 en de kosten voor stalling EUR 570,34. [eiser] vordert vergoeding van deze kosten van in totaal EUR 3.802,33.

4.21.  Fortis ASR erkent dat de schade aan de auto ad EUR 2.110,00 bedraagt. Fortis ASR heeft geen verweer gevoerd tegen de kosten voor expertise en voor stalling. Voor zover de vordering van [eiser] betrekking heeft op deze posten is deze derhalve toewijsbaar.
Met betrekking tot de kosten voor de huur van een auto heeft Fortis ASR zich afgevraagd waarom [eiser] een auto nodig had, terwijl hij na het ongeval door zijn dubbele beenbreuk niet in staat kan zijn geweest een auto te besturen. Fortis ASR heeft voorts gesteld dat de kosten voor de huurauto blijkens de overgelegde factuur EUR 483,27 hebben bedragen. [eiser] heeft ter comparitie toegelicht dat hij de gehuurde auto niet zelf heeft bestuurd, maar dat iemand anders hem heeft vervoerd. Fortis ASR heeft dat niet betwist. [eiser] heeft overigens ter comparitie erkend dat de kosten voor de huurauto EUR 483,27 hebben bedragen. Deze post is derhalve voor dat bedrag toewijsbaar.
Gezien het vorenstaande zal de rechtbank Fortis ASR veroordelen een bedrag van (EUR 2.110,00 + EUR 483,27 + EUR 57,00 + EUR 570,34 =) EUR 3.220,61 aan [eiser] te betalen.

Tens-apparaat
4.22.  [Eiser] vordert een bedrag van EUR 4.000,00 in verband met aanschaf en vervanging van een Tens-apparaat, dat zijn doorbloeding op peil houdt, alsmede batterijen voor het Tens-apparaat. Fortis ASR refereert zich met betrekking tot de gevorderde vergoeding aan het oordeel van de rechtbank.

4.23.  Uit de door [eiser] in het geding gebrachte brief van zijn huisarts volgt dat deze van mening is dat [eiser] baat heeft bij het gebruik van het Tens-apparaat. Nu Fortis ASR dit niet heeft betwist en ook geen verweer heeft gevoerd tegen de hoogte van de gevorderde schadevergoeding in verband met het gebruik van het Tens-apparaat, zal de rechtbank de vordering toewijzen.
LJN BB4201