Overslaan en naar de inhoud gaan

RBROT 221221 uit track and trace gegevens en gegevens uit boordcomputer ontstaat twijfel rond toedracht; volgt bewijsopdracht aan eiser

RBROT 221221 uit track and trace gegevens en gegevens uit boordcomputer ontstaat twijfel rond toedracht; volgt bewijsopdracht aan eiser

2.
Het geschil en de beoordeling

2.1.
[naam eiser] vordert, enigszins verkort weergegeven, dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad voor recht zal verklaren dat Allianz jegens hem aansprakelijk is voor de materiële en immateriële schade die hij heeft geleden als gevolg van een verkeersongeval op 24 september 2018 en dat zij hem de schade die daaruit voortvloeit dient te vergoeden, met veroordeling van Allianz in de kosten van het geding.

2.2.
[naam eiser] voert daartoe, voor zover nu van belang en mede gelet op de aangehaalde inhoud van de producties die hij in het geding heeft gebracht, verkort weergegeven het volgende aan.

2.2.1.
Op 24 september 2018 heeft om ongeveer 23.30 uur in Gouda een aanrijding plaatsgevonden. [naam eiser] bestuurde toen en daar zijn personenauto van het merk en type Mercedes C-klasse 220d cabriolet met het kenteken [kentekennummer 1]. Toen hij met deze auto stilstond voor de kruising van de Blommesteinsingel en de Ridder van Catsweg om een fietser voorrang te verlenen, is hij van achteren aangereden door een bestelauto, van het merk en type Toyota Hiace met het kenteken [kentekennummer 2], bestuurd door [naam] (hierna: [naam]), gehuurd van Bo-rent.

2.2.2.
De aanrijding is ontstaan doordat [naam] de bestelbus in strijd met het bepaalde in artikel 19 RVV niet tot stilstand heeft kunnen brengen binnen de afstand waarover de weg vrij is en hij deze kon overzien. Als achteropkomende verkeersdeelnemer is [naam] dus schuldig aan de kopstaartbotsing en daarmee ook aansprakelijk voor de schade van [naam eiser].

2.2.3.
[naam eiser] heeft als gevolg van de aanrijding materiële schade geleden door beschadiging van zijn Mercedes, en door verlies aan arbeidsvermogen. [naam eiser] heeft aan de aanrijding whiplash-gerelateerde klachten overgehouden aan nek en rug, en hij kampt met veel hoofdpijn. Hij begroot zijn schade op dit moment op € 50.000,--.

2.2.4.
Allianz is als WAM-verzekeraar van de auto die [naam] bestuurde aansprakelijk voor de schade die [naam eiser] heeft geleden en nog lijdt als gevolg van deze aanrijding.

2.2.5.
Omdat Allianz op onjuiste gronden aansprakelijkheid voor de schade van [naam eiser] afwijst, is hij genoodzaakt haar in rechte te betrekken.

2.3.
Allianz voert verweer tegen de vordering en concludeert tot afwijzing daarvan, met veroordeling van [naam eiser], bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad in de kosten van het geding, met inbegrip van wettelijke rente en nakosten. Allianz bestrijdt dat er een authentiek ongeval heeft plaatsgevonden; in haar visie is er geen sprake van een verzekerd evenement in de zin van artikel 3 van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorvoertuigen (hierna: WAM); Allianz betwist dat [naam] naar burgerlijk recht aansprakelijk is voor de gestelde schade. Ook bestrijdt zij dat [naam eiser] schade heeft geleden als gevolg van de gestelde aanrijding.

2.4.
De rechtbank oordeelt als volgt.

2.4.1.
Tussen partijen is niet in geschil dat Allianz als WAM-verzekeraar aansprakelijk is indien de schade die [naam eiser] stelt te hebben geleden gevolg is van een authentieke, dat wil zeggen: niet in scène gezette, aanrijding met de auto waarvan Allianz WAM-verzekeraar is. Anders dan Allianz heeft aangevoerd, kunnen de stellingen van [naam eiser], zoals toegelicht bij de mondelinge behandeling, indien deze komen vast staan, zijn vordering op zichzelf wel dragen.

2.4.2.
Naar het oordeel van de rechtbank staat op dit moment niet vast dat een authentieke aanrijding heeft plaatsgevonden. Anders dan [naam eiser] heeft aangevoerd, blijkt niet uit het aanrijdingsformulier en de verklaringen van [naam eiser] en [naam] in de producties dat er daadwerkelijk sprake was van ongeval. Allianz heeft ook de inhoud van die stukken gemotiveerd weersproken.

2.4.3.
Allianz heeft namelijk aan de hand van de overgelegde rapporten, te weten het MEER-onderzoek van 12 december 2018, de Post-Crash Voertuig Diagnose van 12 december 2018, het ‘Schotman-onderzoek’ van 14 januari 2019 en het onderzoek van Allianz Claims Services van 12 juli 2020, voldoende gemotiveerd betwist dat de gestelde aanrijding een authentiek verkeersongeval was. Zo wijst Allianz op track and trace gegevens van de betrokken voertuigen, en gegevens uit de boordcomputer van de Mercedes van [naam eiser], die volgens haar niet verenigbaar zijn met de lezing van [naam eiser] en de opgetekende verklaring van [naam] over de toedracht van de aanrijding.

2.4.4.
Bij die stand van zaken moet worden vastgesteld op welke partij in dit verband de bewijslast rust. [naam eiser] meent dat Allianz een bevrijdend verweer voert met haar stelling dat er sprake is van een in scène gezette aanrijding en dat zij daarom die stelling zou moeten bewijzen. Allianz voert daartegenover aan dat op [naam eiser] zou moeten bewijzen dat de gestelde aanrijding een authentieke aanrijding was.

2.4.5.
Het standpunt van Allianz op dit punt is het juiste. Immers, een verzekerd voorval in de zin van artikel 3 lid 1 WAM is de aansprakelijkheid naar burgerlijk recht van de bezitter, houder of bestuurder van een auto, waartoe de auto in het verkeer aanleiding kan geven. Dat houdt in dit geval in, dat alleen een daadwerkelijk, niet in scène gezet, verkeersongeval dat te wijten is aan een verkeersfout van [naam], kan leiden tot aansprakelijkheid van Allianz als WAM-verzekeraar. Daarom rust op [naam eiser], als de partij die zich erop beroept dat de door hem aangevoerde feiten grond zijn voor die aansprakelijkheid van Allianz, de last het bewijs te leveren van zijn weersproken stellingen.

Rechtspraak in andere zaken die [naam eiser] bij de mondelinge als steun voor zijn standpunt kort heeft aangeduid, kan om uiteenlopende redenen niet tot een ander oordeel leiden.

2.4.6.
Overeenkomstig zijn aanbod daartoe, zal [naam eiser] daarom worden opgedragen te bewijzen dat als gevolg van een verkeersfout van [naam] op 28 september 2018 omstreeks 23.30u te Gouda een aanrijding heeft plaatsgevonden voor de kruising van de Blommesteinsingel en de Ridder van Catsweg tussen de Mercedes die [naam eiser] bestuurde en de achteropkomende Toyota Hiace, bestuurd door [naam].

2.4.7.
In verband daarmee zal de zaak naar de rol worden verwezen. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden in afwachting van de eventuele bewijslevering. ECLI:NL:RBROT:2021:12821