Overslaan en naar de inhoud gaan

RBZWB 221024 verzoek te bepalen dat uurtarief € 25,00 redelijk is t.z.v. mantelzorg afgewezen, rb acht tarieven uit handreiking zorgschade redelijk

RBZWB 221024 deelgeschil ook bedoeld voor verplaatste schade; uren ouders en huiswerkbegeleiding echter niet te begroten
- ass. wordt veroordeeld mee te werken aan deskundigenonderzoek naar hoeveelheid en soort mantelzorguren
- verzoek te bepalen dat uurtarief € 25,00 redelijk is t.z.v. mantelzorg afgewezen, rb acht tarieven uit handreiking zorgschade redelijk
- verzocht en toegewezen 20 uur x € 295,00 + 21% = € 7.139,00

2De feiten

2.1.

[verzoeker 3] , hierna: [verzoeker 3] , is de minderjarige zoon van [verzoeker 1] , hierna: [verzoeker 1] . [verzoeker 2] is de partner van [verzoeker 1] en pleegvader van [verzoeker 3] .

2.2.

[verzoeker 3] heeft letsel opgelopen bij een verkeersongeval op 10 november 2022, waarbij hij rijdend op de fiets in botsing is gekomen met een auto die in het kader van de WAM bij De Goudse was verzekerd.

2.3.

De Goudse heeft de aansprakelijkheid voor de ten gevolge van het ongeval geleden schade erkend.

2.4.

[verzoeker 3] was ten tijde van het ongeval 13 jaar oud. Het letsel dat hij opliep door het ongeval bestond uit een multifragmentaire breuk aan zijn rechterbeen en een hersenschudding.

2.5.

In het kader van de schaderegeling is op 21 april 2023 in opdracht van De Goudse een huisbezoek gedaan door [bedrijf ] . Daarvan is een rapportage opgesteld d.d. 27 april 2023.

2.6.

Totaalsupport, een bedrijf gespecialiseerd in het vaststellen van en begeleiden bij zorgschade, is in overleg tussen [verzoeker 1] en De Goudse ingeschakeld ter ondersteuning van het gezin.

2.7.

Totaalsupport heeft een adviesrapport uitgebracht d.d. 19 mei 2023 waarin een plan van aanpak werd gepresenteerd.

2.8.

Totaalsupport heeft naar aanleiding van een verzoek om een onafhankelijk advies uit te brengen over het aantal mantelzorguren een overzicht gemaakt van de begeleidings- en ondersteuningsuren van [verzoeker 3] . Het begeleidende e-mailbericht d.d. 4 oktober 2023 luidt, voor zover van belang, als volgt:

“Graag wil ik benadrukken dat de observatie, analyse en het uiteindelijke overzicht gebaseerd zijn op gesprekken met cliënt en mantelzorg (…). Het overzicht zal subjectieve elementen bevatten, afhankelijk van de interpretatie van het verhaal, dient ter illustratie voor partijen en betreft informatieve doeleinden. “

2.9.

De Goudse heeft van haar betalingen van in totaal € 45.785,85 aan [verzoeker 1] , een bedrag van € 20.000,00 aangemerkt als zorgschade.

3Het geschil

3.1.

Verzoekers verzoeken:

  1. te verklaren voor recht dat De Goudse gehouden is aan de uitkomsten van de rapportage van Totaalsupport;

  2. te bepalen dat in dit geval een uurtarief van € 25,00 voor de verleende en te verlenen mantelzorg door verzoekers redelijk is;

  3. De Goudse veroordelen om ter zake de verleende mantelzorg door verzoekers aan verzoekers een bedrag van € 40.436,13 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 1 augustus 2023 en te verminderen met het ter zake van deze schadepost betaalde voorschot;

  4. te bepalen dat De Goudse verplicht is om mee te werken aan de totstandkoming van een deskundigenbericht door Totaalsupport (of, subsidiair, een andere deskundige) op haar kosten ter bepaling van de hoeveelheid en soort mantelzorguren over de periode na juli 2023;

  5. De Goudse te gelasten om binnen twee weken over te gaan tot het verstrekken van opdracht aan Totaalsupport (of een andere deskundige) op straffe van een dwangsom van € 1.000,00;

  6. de kosten van het deelgeschil te begroten op € 7.139,00 (20 uur x € 295 ex BTW) te vermeerderen met het betaalde griffierecht en te bepalen dat De Goudse verplicht is zulks te betalen binnen twee weken na de uitspraak in deze procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente.

3.2.

Verzoekers stellen daartoe -samengevat- dat de onderhavige procedure ook bedoeld is voor verplaatste schade en dat de gevraagde beslissing zal bijdragen aan het (uiteindelijk) kunnen komen tot een vaststellingsovereenkomst. Het rapport van Totaalsupport is een buitengerechtelijk gezamenlijk tot stand gekomen expertise, zodat partijen in beginsel aan de uitkomst van dat onderzoek zijn gebonden. Verzoekers stellen voorts dat alle door Totaalsupport genoteerde tijd werkzaamheden betreft waarvan het normaal en gebruikelijk is dat zij wordt verricht door professionele hulpverleners. Onder verwijzing naar de overgelegde prijslijst van WVO zorg stellen verzoekers dat een gemiddeld uurtarief van € 25,00 redelijk is. De Handreiking Zorgschade is volgens verzoekers niet geschreven voor dit soort gevallen.

3.3.

De Goudse heeft primair aangevoerd dat verzoekers niet-ontvankelijk moeten worden verklaard in hun verzoek, nu een beslissing over de zorgschade geenszins zal bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst. Gezien de leeftijd van [verzoeker 3] , die nog in de groei is, en de mogelijke operaties in de toekomst, is er nog geen sprake van een medische eindsituatie. Voorts leggen verzoekers hun eigen volledige vordering voor aan de rechtbank. Subsidiair stelt De Goudse dat het door Totaalsupport opgestelde urenoverzicht een onafhankelijk advies is met een informatief karakter en geen bindend advies. Zij betwist de juistheid van de in dat rapport opgegeven uren en voorts dat al die uren voor vergoeding in aanmerking komen. Tevens betwist De Goudse de redelijkheid het door verzoekers gehanteerde uurtarief en stelt zij dat geen sprake is van meer zorgschade dan al is vergoed. Voor wat betreft het uurtarief dienen de tarieven voor informele zorg uit de Financiële Paragraaf van de Handreiking Zorgschade van de Letselschaderaad te worden gehanteerd.

De Goudse meent dat de procedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld waardoor een kostenbegroting achterwege kan blijven en stelt subsidiair dat de kosten bovenmatig zijn en in strijd met de dubbele redelijkheid.

3.4.

De Goudse verzoekt, uitvoerbaar bij voorraad, te verklaren voor recht dat met betaling van het bedrag van € 20.000,00 de zorgschade voor de periode 2022, 2023 en vanaf 2024 volledig is voldaan. Zij verwijst ter onderbouwing naar hetgeen zij in verweer tegen de verzoeken van verzoekers heeft aangevoerd.

4De beoordeling

Ontvankelijkheid

4.1.

De rechtbank verwerpt het verweer van De Goudse dat het verzoek zich niet voor toewijzing leent omdat toewijzing niet zal leiden tot het sluiten van een vaststellingsovereenkomst. Zij overweegt daartoe dat niet noodzakelijk is dat met de beslissing in een deelgeschil het onderliggende geschil definitief en geheel kan worden opgelost. Blijkens de Memorie van Toelichting (Kamerstukken II 2007/08, 31518, p. 2) is slechts vereist dat de uitspraak partijen in staat moet stellen om de buitengerechtelijke onderhandelingen weer op te pakken en mogelijk (cursivering door de rechtbank) definitief af te ronden. Het gaat er dus om dat de beslissing in een deelgeschil partijen in staat moet stellen de onderhandelingen weer op te pakken. De beslissing in een deelgeschil is daarmee een van de onderdelen van de schaderegeling, met behulp waarvan vastgelopen onderhandelingen weer kunnen worden vlot getrokken. Het onderhavige verzoek heeft betrekking op verplaatste schade, waarvoor de deelgeschilprocedure ook bedoeld is.

Status rapportage TotaalSupport

4.2.

Het verzoek betreffende de gebondenheid aan de uitkomsten van de rapportage van TotaalSupport komt niet voor toewijzing in aanmerking, nu er geen sprake is van een bindend advies of deskundigenrapport. Het betreft een informatief stuk dat een indicatie geeft van de begeleidings- en ondersteuningsuren van [verzoeker 3] op basis van gesprekken met verzoekers. Dit blijkt ook uit de tekst van het begeleidende e-mailbericht van 4 oktober 2023 waarin TotaalSupport aangeeft dat het dient ter illustratie voor partijen en informatieve doeleinden betreft.

Uurtarief

4.3.

Ook het verzoek te bepalen dat een uurtarief van € 25,00 voor de verleende en te verlenen mantelzorg redelijk is komt niet voor toewijzing in aanmerking. De rechtbank overweegt hiertoe het volgende.

De tarieven van WVO Zorg waar B. ter onderbouwing van dit tarief naar verwijst kunnen niet als uitgangspunt dienen voor het bepalen van een uurtarief, nu dit bruto bedragen betreffen. Hoewel de Handreiking Zorgschade van de Letselschaderaad niet specifiek is geschreven voor het vaststellen van zorgschade in een geval als het onderhavige, acht de rechtbank het niet onredelijk voor wat betreft het uurtarief aan te knopen bij de Financiële Paragraaf van deze Handreiking, nu deze tot stand is gekomen in overleg tussen alle partijen in de letselschadebranche en tarieven weergeeft die in die branche in het algemeen redelijk worden geacht.

Zorgschade betreffende verleende mantelzorg

4.4.

Voor de beantwoording van de vraag wanneer – kort gezegd – de zorg van een ouder voor een kind als vermogensschade door de aansprakelijke partij vergoed moet worden geldt als uitgangspunt dat het moet gaan om (kosten van) werkzaamheden waarvan het in de situatie waarin [verzoeker 3] na het ongeval verkeerde normaal en gebruikelijk is dat zij worden verricht door professionele, voor hun diensten gehonoreerde hulpverleners, waarbij geldt dat dit niet anders is indien die werkzaamheden worden verricht door personen die daarvoor geen kosten in rekening (kunnen) brengen.

4.5.

Niet in geschil is dat [verzoeker 3] na de beide operaties thuis is verzorgd door [verzoeker 1] en [verzoeker 2] . Uit het rapport van TotaalSupport blijkt welke werkzaamheden daarmee gemoeid waren. Dat door [verzoeker 1] en [verzoeker 2] voor vergoeding in aanmerking komende zorg is verleend en dat het in ieder geval deels taken betreft die normaliter door een professionele hulpverlener zullen worden verricht staat ook niet ter discussie. Partijen verschillen van mening over de omvang van de zorgschade die voor vergoeding door De Goudse in aanmerking komt.

4.6.

In dit geval is het voor de rechtbank niet mogelijk om de omvang van die schade te begroten, met name gelet op de discussie tussen partijen omtrent de post huiswerkbegeleiding. Verzoekers hebben gesteld dat zij in feite thuisonderwijs gaven aan [verzoeker 3] omdat er geen begeleiding was vanuit school. Dit is door De Goudse bij gebrek aan wetenschap betwist. Het antwoord op de vraag of er sprake was van huiswerkbegeleiding of het geven van thuisonderwijs is van invloed op het aantal uren dat ermee gemoeid is en ook op de vraag of het een taak betreft die normaliter door een professionele hulpverlener wordt verricht alsmede op het uurtarief wat daarbij in aanmerking moet worden genomen. Op dit punt bestaat dan ook behoefte aan deskundige voorlichting, waarvoor echter gelet op het karakter van de deelgeschilprocedure in het kader van deze procedure geen ruimte is. Het ligt voor de hand dat partijen zich hiervoor zelf tot een deskundige wenden.

Deskundigenbericht

4.7.

De mantelzorguren zijn door TotaalSupport in kaart gebracht tot 15 juli 2023. Teneinde te bepalen of en zo ja, hoeveel mantelzorguren in de periode daarna door [verzoeker 1] en [verzoeker 2] zijn gemaakt ten behoeve van [verzoeker 3] ligt het voor de hand dat partijen zich daaromtrent door een deskundige laten voorlichten. Het is aan partijen, om in onderling overleg te bepalen of zij hiervoor TotaalSupport of een andere deskundige wensen in te schakelen. Het verzoek De Goudse te verplichten haar medewerking te verlenen aan de totstandkoming van een deskundigenbericht zal dan ook op na te melden wijze worden toegewezen. De rechtbank ziet geen aanleiding om De Goudse te gelasten binnen twee weken over te gaan tot het verstrekken van een opdracht aan de deskundige op straffe van een dwangsom, nu zij geen inzicht heeft in de tijd die partijen nodig zullen hebben om in overleg te treden, een vraagstelling te formuleren en een deskundige te zoeken.

Kosten deelgeschil

4.8.

De rechtbank dient op grond van artikel 1019aa lid 1 Rv de kosten van de procedure te begroten en daarbij de redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW in aanmerking te nemen, ook indien een verzoek niet wordt toegewezen. Bij de begroting van de kosten dient de rechtbank de dubbele redelijkheidstoets te hanteren; zowel het inroepen van de rechtsbijstand als de daarvoor gemaakte kosten moeten redelijk zijn. Dit betekent dat indien een deelgeschilprocedure volstrekt onnodig of onterecht is ingesteld, de kosten daarvan niet voor vergoeding in aanmerking komen. Uit het vorenstaande volgt reeds dat het laatste niet aan de orde is.

4.9.

In het verzoek is met betrekking tot het uurtarief van de advocaat van verzoekers uitgegaan van een honorarium van € 295,00 per uur, exclusief BTW. Verder hebben verzoekers onderbouwd dat hun advocaat 20 uur heeft besteed aan de behandeling van het dossier.

De rechtbank is van oordeel dat zowel het uurtarief, nu het verzoekschrift is ingediend door mr. Schultz, als de in rekening gebrachte uren, mede gelet op de reistijd en de duur van de zitting, redelijk zijn en begroot de kosten van dit deelgeschil daarom overeenkomstig het verzoek op een bedrag van € 7.139,00, te vermeerderen met het door verzoekers verschuldigde griffierecht van € 320,00.

Aangezien De Goudse aansprakelijk is voor de schade, zal zij worden veroordeeld tot betaling van onderhavige kosten, zoals verzocht. De verzochte wettelijke rente over deze kosten wordt ook toegewezen.

Uitvoerbaar bij voorraad verklaring

4.10.

De verzochte uitvoerbaar bij voorraad verklaring wordt afgewezen. Tegen een beschikking in een deelgeschilprocedure staat geen hoger beroep open.

Tegenverzoek

4.11.

Zoals hiervoor onder 4.6. is overwogen kan de rechtbank de omvang van de zorgschade niet begroten, zodat ook niet kan worden beslist dat met betaling van het bedrag van € 20.000,00 de zorgschade voor de periode 2022, 2023 en vanaf 2024 volledig is voldaan. Dit verzoek zal daarom ook worden afgewezen.

5De beslissing

De rechtbank:

5.1.

bepaalt dat De Goudse verplicht is om mee te werken aan de totstandkoming van een deskundigenbericht door een door partijen in onderling aan te zoeken deskundige op haar kosten ter bepaling van de hoeveelheid en soort mantelzorguren over de periode na juli 2023;

5.2.

begroot de kosten van deze procedure op een bedrag van € 7.459,00 en veroordeelt De Goudse tot betaling van deze kosten aan verzoekers binnen veertien dagen na heden. Indien De Goudse niet tijdig betaalt, wordt De Goudse de wettelijke rente over deze kosten verschuldigd; ECLI:NL:RBZWB:2024:7143